Geen leegloop bij kinderkankercentra

De nieuwe opzet voor de behandeling van kinderkanker leidt niet tot de gevreesde leegloop bij de universitair medische centra. De Inspectie voor de Gezondheidsdienst concludeert dat het niveau van zorg op peil is gebleven, meldt RTV Noord.

Vanaf 2018 is het Prinses Máxima Centrum in Utrecht de enige locatie waar kinderen met kanker terechtkunnen voor specialistische behandelingen. De specialistische behandelingen door de UMC's in Groningen, Rotterdam, Nijmegen en Utrecht stoppen dan.

De inspectie was bang dat gespecialiseerde artsen en verpleegkundigen eerder al zouden overstappen naar een andere baan. Daar zou de zorg in de universitair medische centra onder te lijden hebben.

Toezicht

Om problemen voor te zijn, hield de inspectie scherp toezicht. Dat stopt nu, omdat de conclusie is getrokken dat het goed zit met de zorg.

In Rotterdam dreigde een knelpunt te ontstaan in de chirurgische behandeling van kinderen met niet-oncologische aandoeningen, door het vertrek van een gespecialiseerde kinderchirurg. In Nijmegen leidde het vertrek van kinderoncologen en gespecialiseerde verpleegkundigen tot een tijdelijke opnamestop. Dat is inmiddels opgelost door werknemers te detacheren en nieuwe specialisten aan te nemen.

In Groningen zijn geen verpleegkundig professionals vertrokken en is één medisch specialist die wel van baan veranderde, vervangen.

Eén behandelcentrum

Ouders en specialisten pleiten al jaren voor één behandelcentrum voor kinderen met kanker. Jaarlijks krijgen zo'n 550 kinderen de ziekte. Het gaat om verschillende soorten, die soms maar een paar keer per jaar voorkomen. De kinderen worden nu behandeld in alle UMC's. De versnipperde aanpak zou het moeilijk maken kennis en ervaring op te doen van behandelingen, die steeds complexer worden.

Die behandeling wordt daarom geconcentreerd in Utrecht. Er zijn afspraken met vier UMC's en zestien algemene ziekenhuizen over de nabehandeling en begeleiding van de jonge patiënten.