WHO: mazelen-aanpak werkt, maar er dreigt stagnatie

De Wereldgezondheidsorganisatie WHO zegt dat er dit millennium 17,1 miljoen levens zijn gered door het vaccineren van kinderen tegen mazelen. Het sterk terugdringen van de besmettelijke virusziekte is een van de Millenniumdoelen.

Met het vaccinatieprogramma lagen veel landen in Afrika en Azië aardig op schema, zegt de WHO, maar de organisatie waarschuwt voor stagnatie. In het jaar 2000 werd in 72 procent van de wereld ingeënt tegen de ziekte en dat percentage groeide in tien jaar tijd tot 85.

De laatste vier jaar is dat percentage gelijk gebleven, schrijft de WHO in een rapport. Als er niet intensiever wordt gevaccineerd, zal het niet lukken het Millenniumdoel te halen: het met twee derde terugdringen van de kindersterfte in de hele wereld.

Tweede prik

In veel landen wordt het vaccinatieprogramma niet volgens de regels uitgevoerd, zegt de WHO, overigens zonder schuldigen te noemen. Zo heeft maar in 63 procent van de landen minstens 90 procent van de kinderen een eerste mazelenprik gehad. En maar de helft van alle jonge kinderen in de wereld krijgt de geadviseerde tweede prik.

De WHO zegt dat vorig jaar wereldwijd meer dan 100.000 kinderen nodeloos zijn gestorven aan de gevolgen van mazelen. "Dat is een tragedie, omdat de levens eenvoudig gered hadden kunnen worden met wat meer inspanning en toezicht op vaccinatie-programma's."

Congo

In de cijfers zijn de ziektegevallen en epidemieën van dit jaar nog niet verwerkt. De VN en Artsen zonder Grenzen maakten in september bekend dat dit jaar in de Democratische Republiek Congo al meer dan 400 mensen zijn overleden aan de mazelen. Meer dan 20.000 mensen, onder wie veel kinderen, zijn getroffen door de ziekte.