Pest veel ouder dan gedacht
De mens blijkt al veel langer ziek te worden van de pest dan tot nu toe gedacht. Wetenschappers vonden sporen van de ziekte in menselijke resten van bijna 3000 jaar oud. Dat is twee keer ouder dan het oudst bekende geval tot nu toe.
De onderzoekers namen monsters van tanden van 101 individuen die 2800 tot 5000 jaar geleden in Eurazië woonden. In zeven gevallen werden dna-sporen van de ziekte aangetroffen.
Beruchte epidemieën
De Zwarte Dood kostte in de Middeleeuwen het leven aan de helft van de inwoners van Europa. Eerder teisterde de ziekte als de Pest van Justinianus het Byzantijnse Rijk. Die epidemie uit 541 na Christus was de oudst bekende uitbraak van de ziekte.
Dat de pest al veel langer slachtoffers maakte, werpt mogelijk een nieuw licht op oude epidemieën. Zo is er de beruchte Plaag van Athene, die de Griekse stad trof tijdens de Tweede Peloponnesische Oorlog en 100.000 slachtoffers maakte. Ook een epidemie die in het bijbelboek Samuel staat beschreven kan mogelijk de pest zijn geweest.
Vlooien onschuldig
De onderzoekers ontdekten ook dat de pest in de prehistorie niet werd overgedragen door vlooien, zoals later gebeurde. Uit het dna-onderzoek bleek dat de bacterie essentiële genen ontbeerde die het mogelijk maakten te overleven in de ingewanden van vlooien. De mutatie die dat mogelijk maakt, lijkt zo'n 1000 jaar voor de christelijke jaartelling te zijn ontstaan.
Volgens de onderzoekers werd de ziekte aanvankelijk overgedragen van mens tot mens. Door hoesten werden de bacteriën van de longpest overgebracht. Builenpest bestond toen nog niet, door het ontbreken van een andere genetische mutatie.
De onderzoekers zeggen dat hun werk meer duidelijk maakt over hoe gevaarlijke ziekten zich ontwikkelen. Zo was de pest aanvankelijk minder besmettelijk, maar veranderde dat toen de vlooien de ziekte gingen overbrengen.