Oranje boos over 'Haagse arrogantie'

In het Drentse dorp Oranje is het vandaag weer rustig. Gisteravond kwamen boze inwoners in opstand tegen het besluit van staatssecretaris Dijkhoff om in Oranje nog eens 700 vluchtelingen op te vangen.

Het grootste deel van de 140 inwoners is vandaag gewoon weer naar zijn werk of naar school. Gevraagd naar de gebeurtenissen van gisteravond, zeggen de meesten dat ze niet boos zijn over of op de vluchtelingen zelf. De woede richt zich vooral op de "arrogantie uit Den Haag".

De inwoners verbazen zich over de manier waarop de extra noodopvang gisteren als voldongen feit aan Oranje werd gepresenteerd. Eerder was afgesproken dat het zou blijven bij de 700 asielzoekers die al in het dorp zijn. Afspraak is afspraak, vinden ze.

Begrip

Burgemeester Baas wil zelf niet van arrogantie spreken, maar heeft wel begrip voor de gevoelens van de inwoners. "Als je dit soort maatregelen neemt, kun je enorm emotionele reacties verwachten."

"Wij hebben afspraken gemaakt met het dorp en afspraken gemaakt met het COA. We hebben beloftes gedaan aan het dorp. Als die niet worden nagekomen, lijkt dat in hoge mate op bestuurlijke onbetrouwbaarheid. En als overheid moet je altijd betrouwbaar zijn, dus ik kan me de emoties voorstellen."

Baas heeft de afgelopen tijd meerdere keren met Dijkhoff gesproken en verteld dat hij geen extra vluchtelingen wilde opnemen. "Ik heb steeds gezegd: ik heb een afspraak met het dorp, dus ik doe het niet." Toen de staatssecretaris besloot dat de opvang toch moest worden gerealiseerd, vond Baas dat Dijkhoff dat zelf aan het dorp moest meedelen. "Toen heb ik gezegd: als je dat vindt, kom je vanavond maar naar Oranje en dan ga je het uitleggen."

Termijn

Hoewel de gemoederen nu wat zijn bedaard, sluit de burgemeester niet uit dat er opnieuw "excessen" ontstaan als er nieuwe bussen met vluchtelingen komen. Hij is in gesprek met de staatssecretaris over de toekomst.

Wat Baas betreft moeten vooral goede afspraken worden gemaakt over hoelang de asielzoekers in Oranje blijven. Een maximale termijn heeft hij niet in gedachten, maar hij vindt wel dát er een termijn moet worden gesteld. "Het moet het karakter houden van noodopvang."