Wachtrijen Van Gogh Museum alleen nog in piektijden

De verbouwing van het Van Gogh Museum in Amsterdam is klaar. Vanaf komend weekend moet het publiek aan de andere kant naar binnen, dat wil zeggen aan de zijde van het Museumplein.

De huidige entree aan de kant van de Paulus Potterstraat vervalt als publieksingang. Daardoor verwacht het museum het groeiend aantal bezoekers beter te kunnen verwerken.

De wachtrijen zullen niet helemaal verdwijnen. Bezoekers moeten ook in de toekomst een kaartje kopen bij kassa's buiten het gebouw voordat ze naar binnen kunnen. Omdat van de brandweer maar een beperkt aantal mensen binnen mag zijn, komt het geregeld voor dat er lange rijen staan.

Wel zal de wachttijd afnemen, omdat de oppervlakte met 800 vierkante meter toeneemt en er dus meer mensen naar binnen mogen. Alleen nog als het heel druk is, moeten bezoekers geduld hebben.

Museumplein

De nieuwe ingang maakt deel uit van een glazen aanbouw waarin onder meer de balies en de museumwinkel worden ondergebracht. Ook wordt deze foyer gebruikt voor commerciële activiteiten zoals congressen.

Met het verplaatsen van de ingang volgt het museum het voorbeeld van het Stedelijk Museum, waarvan de entree al eerder aan de kant van het Museumplein kwam. Ook het Rijksmuseum heeft daar zijn ingang.

Fondsenwerving

De schets voor de verbouwing is gemaakt door het bureau van de overleden Japanse architect Kisho Kurokawa. Die was ook de ontwerper van de tentoonstellingsvleugel die in 1999 werd geopend.

De verbouwing, die april vorig jaar begon, heeft 20 miljoen euro gekost. Het Van Gogh Museum heeft hiervan 80 procent zelf opgebracht, de rest is via fondsenwerving binnengekomen. Tijdens de werkzaamheden was het museum steeds open.

Vrijdag is de officiële opening, vanaf zaterdagochtend wordt de nieuwe publieksingang gebruikt.