James Last trad tot op hoge leeftijd op
NOS Nieuws

James Last: koning van de lichte muziek

De orkestleider en arrangeur James Last (86) was de uitvinder van "de Happy Party Sound", waarmee hij voor het eerst wereldwijd succes had met zijn lp Non Stop Dancing '65, uit 1965. In zijn succesjaren, de jaren 1965-1975, was hij er de koning van de lichte muziek mee - als een voorloper van André Rieu.

In die tijd bracht hij soms twaalf albums per jaar uit, en was hij de best verkopende artiest ter wereld. In 1973 nam hij zijn honderdste gouden lp in ontvangst, waarmee hij Elvis Presley en The Beatles achter zich liet. In totaal zou hij 80 miljoen albums verkopen.

James Last had wereldwijd succes met zijn Happy Party Sound

Kill Bill

Anders dan bij Elvis en The Beatles zullen weinigen zich spontaan nummers van Last kunnen herinneren. Zijn bekendste compositie is waarschijnlijk Der einsame Hirte, een melancholiek instrumentaal nummer met de panfluitist Gheorghe Zamfir. Hij bracht het voor het eerst uit in 1977; 25 jaar later werd het door Quentin Tarantino gebruikt in de film Kill Bill.

Lasts muziek is wat vlak. Het is vrolijke niets-aan-de-handmuziek, die geschikt is om ten gehore te brengen in supermarkten en op praatfeestjes. In de jaren zeventig was hij op zulke feestjes ook in honderdduizenden Nederlandse huiskamers te horen, onder meer met zijn 'Nederlandse' lp's James Last op klompen, Tulpen uit Amsterdam en Onder moeders paraplu.

Wehrmachtschool

James Last werd in 1929 als Hans Last geboren in Bremen. Hij was de zoon van een Engelse vader en een Duitse moeder. Zijn vader was meteropnemer, maar zijn passie was de muziek; hij trad regelmatig op als bandoneonist.

Ook de zoon was muzikaal. Vanaf zijn 14de kreeg hij een opleiding tot contrabassist bij de muziekschool van de Wehrmacht; een opleiding die na twee jaar werd beëindigd, doordat de school in april 1945 werd gesloten.

Beste jazzbassist

Na de capitulatie trad Hans Last op in clubs voor de Amerikaanse bezetters, en nog in 1945 werd hij bassist bij het dansorkest van Radio Bremen. Daarnaast kreeg hij al snel succes als jazzmuzikant. Vanaf 1950 werd hij jaar in jaar uit uitgeroepen tot Duitslands beste jazzbassist.

Maar zijn roem vergaarde hij toch vooral als arrangeur en orkestleider. Radio Bremen vroeg hem in 1954 een dansorkest te vormen met violen, pauken en andere slaginstrumenten, trompetten, saxofoons en andere blaasinstrumenten, en met gitaren en een piano. Dat werd het Hans Last Orkest, dat in 1965 zou verder gaan onder de naam James Last Orkest.

Van Hans naar James

De naam James kreeg hij ongevraagd, toen platenmaatschappij Polydor met het oog op het internationale publiek de 'moffennaam' Hans veranderde in James. Vanaf toen verkocht hij niet alleen miljoenen lp's en maakte hij 190 albums, hij maakte met zijn orkest ook verscheidene wereldtournees die hem in Australië, Japan, de VS, Maleisië en zelfs de Sovjet-Unie brachten. China bleef in de tijd van het maoïsme nog voor Last gesloten. Daar trad hij in 2002 voor het eerst op.

Hoewel het succes vanaf eind jaren zeventig minder werd, trad James Last tot het laatst op. Nadat hij vorig jaar een darmoperatie ternauwernood had overleefd, besloot hij dit jaar een afscheidstournee te houden, met optredens in Oostenrijk, Duitsland en in de Royal Albert Hall in Londen.

  • Getty Images
    James Last tijdens een optreden in 1970
  • Getty Images
    James Last tijdens een optreden
  • Getty Images
    James Last in 1970
  • Getty Images
  • Getty Images
  • Getty Images
  • Getty Images
  • Getty Images
  • Getty Images
  • Getty Images
  • Getty Images
  • Getty Images

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl