Zuid-Koreaanse president belooft Sewol te bergen
President Park Geun-hye van Zuid-Korea zegt dat de veerboot Sewol die een jaar geleden zonk, zo snel mogelijk wordt geborgen. Zij deed haar belofte op een van de herdenkingen in het land, precies een jaar na de ramp.
Op 16 april 2014 zonk de Sewol voor de kust van een Zuid-Koreaans eiland. 304 passagiers kwamen hierbij om. De meeste slachtoffers waren kinderen die op een schoolreisje gingen. De ramp leidde in het hele land tot veel verdriet en grote woede.
De meeste bemanningsleden, onder wie de kapitein, hadden het schip verlaten voordat de passagiers waren gered. Ook was de veerboot te zwaar beladen.
Reconstructie
De Sewol was op 15 april vertrokken van Incheon, aan de westkust van Zuid-Korea. Het schip was op weg naar het zuidelijke eiland Jeju, normaal gesproken een routinetocht.
Aan boord waren 325 studenten en 14 leraren van dezelfde middelbare school. Ze waren op schoolreis.
De volgende ochtend, bijna aan het einde van de tocht, maakt de veerboot een onverwacht scherpe bocht en helt het schip over. De kapitein is op dat moment niet op de brug aanwezig. Aan het roer staat een onervaren derde stuurman.
Water stroomt naar binnen en bij de landelijke meldkamer komt het eerste paniekerige telefoontje binnen van een student. Hij meldt dat het schip aan het zinken is. De bemanning roept de passagiers op om in de kajuit te blijven en te wachten op instructies.
Het duurt anderhalf uur voor de eerste helikopters en schepen van de kustwacht ter plaatse zijn. Het schip is inmiddels gekapseisd, een deel van de romp steekt nog boven water uit.
Van alle passagiers weten er 172 uit het zinkende schip te ontsnappen.
Straffen
De bemanningsleden van de Sewol zijn tot zware gevangenisstraffen veroordeeld. De kapitein kreeg 36 jaar cel. De rechter veroordeelde hem voor nalatigheid en het verlaten van het schip. De belangrijkste stuurman kreeg dertig jaar gevangenisstraf. Dertien bemanningsleden kregen celstraffen opgelegd tot twintig jaar.
Zelfs de kapitein van het eerste schip van de kustwacht dat de veerboot bereikte, heeft gevangenisstraf gekregen voor de mislukte reddingspoging.
De eigenaar van de rederij was vlak na de ramp gevlucht. Drie maanden later werd hij dood aangetroffen.
Woede
Ondanks deze celstraffen is de woede en het onbegrip bij de nabestaanden nog steeds groot. De Zuid-Koreaanse premier wilde een herdenking bijwonen in Ansan, waar de meeste verdronken studenten vandaan kwamen. Maar hij werd tegengehouden door boze familieleden.
Veel ouders kunnen nog steeds niet begrijpen waarom de ramp heeft plaatsgevonden. Het onbegrip uit zich in een groot wantrouwen in de Zuid-Koreaanse autoriteiten. Nabestaanden willen meer onderzoek en eisen dat het schip, waarin nog negen lichamen liggen, zo snel mogelijk wordt geborgen.
Die toezegging heeft de president nu dus gedaan, maar door de omvang van het schip en de sterke stroming in de Gele Zee zal dit niet eenvoudig zijn. Het schip is 20 jaar oud en kan volgens onderzoekers tijdens de berging uit elkaar vallen.