Kind met zorg komt op school vaker in de knel
Belangenorganisaties maken zich zorgen over zorgverzekeraars die niet willen betalen voor begeleiding in de klas, terwijl dit wel degelijk hun taak is. Ieder(in), de organisatie voor mensen met een beperking en chronisch zieken, stuurt daar vandaag een brandbrief over naar de Tweede Kamer. Ook Vereniging Gehandicapten Nederland (VGN) en ouderorganisatie BOSK zien deze problemen.
Kinderen die veel zorg nodig hebben in de klas komen sinds begin dit jaar steeds vaker in de knel. Door veranderingen in de zorg en het passend onderwijs is in de praktijk onduidelijk wie hun intensieve zorg of begeleiding in de klas moet betalen. Ouders worden van het kastje naar de muur gestuurd en vrezen dat hun kind binnenkort thuis komt te zitten.
Meervoudige beperkingen
Het gaat meestal om kinderen met meervoudige beperkingen die intensieve (medische) zorg, verpleging, verzorging of toezicht nodig hebben in de klas. Het gaat zeker om 2000 kinderen, maar belangenorganisaties denken dat het er veel meer zijn.
Zorgverzekeraars verwijzen ouders onterecht door naar gemeenten, zo zeggen de belangenorganisaties. Maar wie juist onder de gemeente valt, krijgt vaak te horen dat ze naar de zorgverzekeraar of het Zorgkantoor moeten, merkt ook Kees Bouma. Hij houdt zich als beleidsadviseur Zorg en Onderwijs dagelijks bezig met zorg in de klas voor kinderen met een meervoudige handicap.
Bouma: "Ik ken tientallen ouders bij wie dit speelt. Gemeenten begrijpen nog vaak zelf niet dat ze wel een rol hebben in het betalen van de begeleiding."
Passend onderwijs
Een tweede systeemverandering die meespeelt in de problemen is die van passend onderwijs. Dat systeem is sinds augustus omgegooid. Het idee daarachter is dat ieder kind passend onderwijs krijgt. Op een 'gewone' school als dat kan, op een speciale school als het moet.
Maatwerk in de klas, maar ook meer zorgvragen in het gewone klaslokaal. "Dan rijst ook hier de vraag waar onderwijsondersteuning eindigt, en zorg begint, en dus wie wat zou moeten betalen", zegt Martijn Klem van ouderorganisatie BOSK.
Betere informatie
De onduidelijkheid bij alle partijen leidt in de praktijk tot impasses. Want iedereen wil het beste voor een kind, maar er is gewoon minder geld. Belangenorganisaties willen dat er snel betere informatie komt over wie wat moet betalen. Ook moet er een plek komen waar ouders die vastlopen naartoe kunnen. Elk kind dat naar school kan, moet die mogelijkheid ook krijgen, vindt Ieder(in).
De onzekerheid voor veel ouders over wie meebetaalt aan de zorg in de klas, heeft ook gevolgen voor het speciaal onderwijs. Daar is het geld via de ouders hard nodig om alle kinderen in de klas de juiste zorg te geven. Veel ouders hebben al een brief gekregen waarin de school aangeeft dat de zorg aan het kind in de klas stopt, als er de situatie niet snel verandert.
Niet de dupe
De staatssecretarissen Dekker en Van Rijn zeggen dat leerlingen niet de dupe mogen worden van wijzigingen in de wet. Het kabinet zegt scherp te kijken naar de gevolgen van de veranderingen in de zorg en de invoering van het passend onderwijs. Daarbij worden ook ouders en anderen betrokken.
Volgens de staatssecretarissen zijn geen gevallen bekend van kinderen die thuiszitten door de andere manier van organiseren. Ze verwijzen verder naar de sites www.passendonderwijs.nl en www.onderwijsconsulenten.nl.
Zorgverzekeraars Nederland zegt de voorbeelden niet te kennen en heeft bij de belangenorganisatie gevraagd om meer informatie. "Maar als er mensen echt in de knel zitten, dan moeten we samen met de patiënten en het ministerie tot een oplossing komen".