Vraagtekens bij onderzoek naar Belgische 'dopingarts'
Het wielerseizoen in Vlaanderen kon bijna niet turbulenter beginnen. Op de dag van de Omloop Het Nieuwsblad kwam Het Nieuwsblad zelf met het bericht dat een van de favorieten, BMC-renner Greg Van Avermaet, klant zou zijn geweest van de Belgische 'dopingarts' Chris Mertens. Maar op dezelfde dag meldt Het Laatste Nieuws dat de zaak tegen Mertens mogelijk op drijfzand is gebaseerd.
De vermeende dopingpraktijken van Mertens kwamen in 2012 aan het licht na een anonieme brief van een sporter. De Belgische sportdokter zou wielrenners, boksers en voetballers hebben voorzien van verboden bloedtransfusies met ozon. Namen die worden genoemd waren die van veldrijders Bart Wellens, Laurens Sweeck en Tom Meeusen en, sinds vandaag, van Greg Van Avermaet.
Na 2,5 jaar onderzoek maakte het Openbaar Ministerie in oktober vorig jaar bekend dat Mertens voor de rechter wordt gesleept. Hem hangt een celstraf van zes jaar en een geldboete boven het hoofd. Dopinginstanties moeten beslissen over straffen voor de sporters.
Eén DNA-match
Maar vandaag meldt Het Laatste Nieuws dat het onderzoek naar Mertens lijkt te wankelen. Van 24 verdachte sporters is DNA-materiaal afgenomen en door de universiteit van Leuven vergeleken met bloedsporen uit in beslag genomen infusen. In 23 gevallen bleken het DNA en het bloed helemaal niet bij elkaar te passen, zo blijkt uit documenten die de krant heeft ingezien.
Volgens ingewijden is dat een "zeer serieuze aanwijzing" dat de sporters helemaal niet zijn behandeld met de verboden ozontherapie. Desondanks zijn de dossiers door het OM in Leuven doorgestuurd naar de Vlaamse antidopingautoriteiten.
Tunnelvisie
"Speurders leden aan een tunnelvisie", stelt een advocaat in de krant. "Hun dossier hangt helemaal niet aan elkaar, maar intussen lijden een aantal sporters wel onherstelbare schade." Een rechtbank in Brussel zal zich binnenkort uitspreken over de wettigheid van het onderzoek naar dokter Mertens, aldus Het Laatste Nieuws.