Filmregisseur Arthur Penn overleden

Arthur Penn is overleden. De Amerikaanse regisseur stierf een dag na zijn 88ste verjaardag aan hartfalen. Als regisseur zocht hij de grenzen op van seks en geweld en gaf zo vorm aan het Hollywood dat we vandaag de dag kennen.

Penns filmcarrière begon met 'The Miracle Worker', een toneelstuk over de doofblinde Helen Keller en de strijd die lerares Anne Sullivan moest voeren om haar taal te laten leren. Penn regisseerde het stuk eerst voor televisie, later voor Broadway en tenslotte als film.

De film werd genomineerd voor vijf Oscars, waaronder Beste Regie voor Penn. Actrices Anne Bancroft en Patty Duke mochten de gouden beeldjes ook daadwerkelijk mee naar huis nemen.

Squibs

In 1967 regisseerde Penn de film 'Bonnie and Clyde', met Warren Beatty en nieuwkomer Faye Dunaway in de titelrollen als notoire bankrovers uit de jaren dertig. De film was een van de eerste die brak met de Hayes Code. Dat convenant had Hollywood er vanaf 1934 van weerhouden te veel seks en geweld te tonen.

Hoewel de bankovervallen in de film in eerste instantie komisch beginnen, schroomde Penn er niet voor om ook de harde gevolgen ervan in beeld te brengen. De uiteindelijke ondergang van de twee criminelen werd voor die tijd bijzonder schokkend in beeld gebracht met de nieuwe squibs-technologie, de exploderende zakjes bloed die kogelwonden moesten suggereren, die inmiddels alom gebruikt worden in Hollywoodfilms.

Oscars

Sommige critici kraakten de film omdat hij de historische werkelijkheid te veel geweld aan zou doen en misdadigers verheerlijkte. Maar het publiek viel voor de humor, de bekoorlijke criminelen en de achtervolgingsscènes, begeleid met aanstekelijke banjomuziek.

Wat de critici niet door hadden, begreep het jonge publiek wel: dat de gangsters eigenlijk symbool stonden voor de machtelozen in de samenleving, de jeugd van die tijd.

De film kreeg maar liefst tien Oscarnominaties, waaronder een voor elke belangrijke acteur in de film. Twee ervan werd verzilverd, maar Penn zelf moest zich tevreden stellen met alleen een nominatie als beste regisseur.

'Bonnie and Clyde' zou de weg bereiden voor films als Taxi Driver van Martin Scorsese en The Godfather van Francis Ford Coppola.

Indiaan

In 1969 zou Penn nog een derde keer genomineerd worden voor een Oscar, dit keer met 'Alice's Restaurant'.

In 1970 regisseerde Penn een film waar hij gebruikelijke Amerikaanse geschiedenis op zijn kop zette: 'Little Big Man'. Hierin speelde Dustin Hoffman een blanke jongen die opgroeit bij de indianen. In tegenstelling tot de gebruikelijke westerns zijn juist de oprukkende Amerikanen hier de bad guys.

Penn zelf keerde de laatste jaren voor zijn dood weer sporadisch terug naar het medium waarin hij zijn sporen had verdiend: televisie. Zo produceerde hij afleveringen van de misdaadserie 'Law and Order', waar zijn zoon regisseur was.