Arno Kamminga op de WK zwemmen in Japan
NOS Sport

Kamminga zet tanden liever in gouden plak dan in worstenbroodje

  • Luuk Blijboom

    redacteur NOS Sport

  • Luuk Blijboom

    redacteur NOS Sport

Als Arno Kamminga voor het raam van zijn woning in Amsterdam Oud-West staat, ziet hij aan de overkant van de straat een winkel die originele Brabantse worstenbroodjes verkoopt. Ofschoon de vice-olympisch kampioen op de 100 en 200 meter schoolslag verknocht is aan de lekkernij, komt het zelfs niet in hem op om zo nu en dan de straat over te steken en zichzelf na een zware trainingsweek eens flink te trakteren.

Wie zich ten doel heeft gesteld deze zomer met twee stuks goud terug te keren van de Zomerspelen in Parijs, moet nu eenmaal over een ijzeren zelfdiscipline beschikken. En dus afzien van een vette hap met een geschatte voedingswaarde van 380 calorieën, hoe verleidelijk het soms ook is om daar eens lekker de tanden in te zetten.

Bewondering

In de tijd van het oude zwemmen, zegt hij in aanloop naar de WK zwemmen in Doha, was die verlokking waarschijnlijk minder moeilijk te weerstaan geweest. Kamminga (28) had het er laatst over met Nick Driebergen, tussen 2005 en 2012 een nationale topper op de rugslag. Een exponent uit de tijd dat Nederlandse zwemmers hooguit drie serieuze wedstrijden per seizoen zwommen.

"Nick was vol bewondering over onze aanpak. Ik zie jullie serieus wedstrijden zwemmen, zei hij. Daarmee vergeleken deed hij in zijn tijd volgens hem aan zoiets als trainingszwemmen."

In het Amsterdamse Sloterparkbad werkt zijn trainer Mark Faber met slechts vier zwemmers. Kamminga wordt in het water geflankeerd door schoolslagzwemmers Caspar Corbeau, Tes Schouten en Kenzo Simons, een specialist op de 50 vrij.

Een kwartet gelijkgestemden, noemt Kamminga het. "Het gaat om dynamiek. Kijk, hard trainen, dat kan iedereen. Het gaat er alleen om dat je allemaal hetzelfde doel hebt. In het verleden kwam het nog wel eens voor dat ik tijdens een training echt helemaal stuk ging. Dan keek ik in de baan naast me en lagen daar ploeggenootjes te lachen en grappen te maken. Zoiets wrijft en geeft frictie."

"Nu staan we alle vier op het startblok met hetzelfde doel voor ogen. Als ik er helemaal doorheen zit en zie dat iemand anders ook volledig tot het gaatje gaat, dan push je elkaar toch even om nog net een stapje verder te gaan."

Arno Kamminga in actie

Kamminga: "Onze kracht is dat we elkaar door en door kennen en perfect weten hoe we met elkaar om moeten gaan. Er is nooit sprake van botsingen, ruzie of andere narigheid."

Ook anders: Faber heeft gebroken met het traditionele denken in het zwemmen. Jaarlijks worden er tussen de twintig en dertig wedstrijden in de planning opgenomen. Racen is het nieuwe trainen.

"Onze eigen filosofie", noemt Katwijker Kamminga dat. Faber is daarin volgens hem zo'n beetje uniek in de wereld. "Niet elk land denkt hier hetzelfde over. Sterker, ook in Nederland staat niet iedereen achter deze aanpak."

Heilige huisjes

"Zwemmen is een sport die bol staat van tradities. Met deze benadering schopt Faber veel heilige huisjes omver."

Aanvankelijk was Kamminga evenmin onverdeeld enthousiast, bekent hij. "We trokken zijn ideeën in twijfel en maakten hem zelfs belachelijk. Ik bedoel, zoals hij het aanpakte, dat kón helemaal niet. Tot ik een keertje midden in een trainingsblok ineens een persoonlijk record zwom. Toen dacht ik: misschien heeft hij wel gelijk."

Met zijn handelwijze houdt Faber zijn vier zwemmers een spiegel voor. "Zwemmen op het hoogste niveau is heel confronterend", verduidelijkt Kamminga. "Het is allemaal heel rechttoe, rechtaan. Zodra je aantikt, weet je waar je aan toe bent. Er is geen jury die je beoordeelt. Elke wedstrijd is een keiharde terugkoppeling van hoe je ervoor staat. Heel direct. In your face. Ik houd daarvan, want het houdt je scherp."

Arno Kamminga (l) en coach Mark Faber

De wereldkampioenschappen langebaan in Doha, vijf maanden voor Parijs, zijn daarom meer dan welkom voor Kamminga. Dat grote concurrenten als de Chinees Haiyang Qin en de Australiër Zac Stubblety-Cook de mondiale titelstrijd geheel dan wel deels links laten liggen, neemt Kamminga ter kennisgeving aan.

Hij ziet zelf louter voordelen aan de wedstrijd in het emiraat aan de Perzische Golf. "In een week tijd tien races op topniveau zwemmen is een unieke kans. Meer kun je de keiharde werkelijkheid van een olympisch toernooi niet benaderen."

Dubbelslag

Dat de WK in deze tijd van het jaar gehouden worden, vergroot bovendien zijn kansen. "Ik wil voor twee wereldtitels gaan. Dat is mogelijk, zeker. Ik ben fit, sterk en heb vorige maand een goed trainingskamp gehad in Zuid-Afrika. Zo'n unieke kans op een dubbelslag komt niet vaak langs."

"Normaal weet ik wel zo'n beetje wat mijn plek in het internationale veld is. Maar de plek op de wedstrijdkalender maakt deze WK tot een soort van prijsschieten. Ik weet dat ik het hele seizoen hard kan zwemmen. Veel tegenstanders geloven daar niet in. Die denken dat je in het begin van het kalenderjaar niet kunt pieken. Dat maakt dit toernooi best wel onvoorspelbaar."

Kamminga onderschat niemand die in een finale op het blok staat. Of dat deze week in de Aspire Dome van Doha is of eind juli in La Défense Arena van Parijs. Het gaat er vooral om wat zich onder de badmuts afspeelt. "Zwemmen is een spelletje van zelfvertrouwen hebben en in jezelf geloven. Dat is hoe je medailles wint."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl