Een medewerker van het UMCG in het ebolapak
Aangepast

Calamiteitenhospitaal van het UMC klaar voor ebolapatiënt

Het Calamiteitenhospitaal van het Universitair Medisch Centrum Utrecht, dat vier kamers als speciale ebola-ruimtes heeft ingericht, heeft zich ontfermd over een ebolapatiënt uit Liberia die vandaag is aangekomen. De kamer van de Nigeriaanse militair, die werkt voor de VN-vredesmacht in Liberia, is geïsoleerd van de rest van het ziekenhuis.

Het hoofd van het Calamiteitenhospitaal van het UMC, Margriet Schneider, zegt dat de behandeling vooral neerkomt op symptoombehandeling. "Patiënten krijgen in een bepaalde fase van ebola veel last van diarree, braken, bloedingsneigingen. Dan probeer je die mensen vocht en zout toe te dienen en andere complicaties te behandelen.

Calamiteitenhospitaal van het UMC klaar voor ebolapatiënt

Jaap van Dissel, directeur van het Centrum Infectieziektebestrijding (CIb) van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) legt uit waarom de patiënt naar Nederland komt. "We hebben een internationale afspraak dat we hulpverleners uit ebolalanden in gespecialiseerde ziekenhuizen opvangen. Het gaat om mensen die bijzondere moed opbrengen om mensen te helpen in een risicovolle situatie. Dan is het kies dat je iedereen die ziek wordt een safe haven en een veilig bed geeft. In dit geval gaat het om een militair die hulpverleners beschermt."

Vier bedden

De patiënt is naar Nederland gekomen met een speciaal vliegtuig van de Amerikaanse maatschappij Phoenix Air. Het gaat om een toestel van het type Gulfstream III. De patiënt lag in een soort tent van doorzichtig kunststof, volkomen geïsoleerd. Het transport gebeurde onder auspiciën van de Verenigde Naties.

Het is de eerste keer dat een buitenlandse ebolapatiënt naar Nederland komt. Het Calamiteitenhospitaal van het UMC heeft vier bedden beschikbaar voor internationale hulpverleners die mogelijk besmet zijn geraakt met het vaak dodelijke virus.

Speciaal getraind medisch personeel zal de man, die voortdurend is afgeschermd, verzorgen. Het personeel gebruikt persoonlijke beschermingsmiddelen. Zolang iemand geen direct lichamelijk contact heeft met de man of met zijn lichaamsvloeistoffen (bloed, speeksel, urine, zweet) is er geen kans op besmetting.

Protocol

Margriet Schneider: "De voornaamste richtlijn waar het personeel zich aan moet houden, is dat het zich volgens het protocol moet aankleden en vooral ook uitkleden. Want dan ben je in contact geweest met de patiënt. Daarom zijn er altijd twee artsen en twee verpleegkundigen, één behandelt in de kamer en de ander controleert of alles volgens protocol verloopt."Het personeel is volgens Schneider niet nerveus. "Het personeel is bij herhaling goed getraind, en is vol zelfvertrouwen."

Hoe de patiënt er aan toe is, moet nog blijken. "Op dit moment wordt gezegd dat de overlevingskans ongeveer 60 procent is. Wij zullen dat bij deze patient eerst moeten inschatten, zijn ziekteverloop zien, voordat we dat voor deze individuele patiënt kunnen bepalen, zegt Margriet Schneider.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl