Van der Poel ook sterkste bij Azencross, Cant maakt einde aan lange droogte
Mathieu van der Poel heeft in het Belgische Loenhout ook zijn zesde veldrit van het seizoen naar zijn hand weten te zetten.
In de matig bezette Azencross - onder anderen Wout van Aert, Tom Pidcock, Eli Iserbyt, Lars van der Haar en Joris Nieuwenhuis ontbraken op het appel - was de wereldkampioen, die donderdagavond nog had toegeslagen in Diegem, vrijdagmiddag van eenzame klasse op het zeer modderige parcours. In deze vorm zal hij haast onklopbaar zijn bij de WK begin februari.
De koers was nog maar enkele seconden van start of er lag al een kluwen renners op de grond. De in het voorste gelid begonnen Van der Poel was de dans ontsprongen en zag Felipe Orts de leiding nemen. De moedige Spanjaard werd in de tweede ronde afgelost door Timon Rüegg, die het veld langzaam maar zeker uit elkaar trok.
Van der Poel, die vooraf sprak van een "ouderwetse slijkcross", beperkte zich lang tot gecontroleerd en oplettend meerijden. De drievoudig winnaar in Loenhout, die vorig jaar de nu absente Wout van Aert moest voorlaten, benutte de fietswissel in de derde omloop om de leiding over te nemen van Gianni Vermeersch en gaf onmiddellijk gas.
Halverwege de zes ronden tellende wedstrijd had Van der Poel een gat van veertien seconden geslagen, een marge die alleen maar groeide. De laatste ronde ging hij in met een voorsprong van een kleine minuut op Orts en Vermeersch. De zege kwam niet meer in gevaar.
Achter de alleenheerser in het veld, die triomfeerde op de verjaardag van zijn moeder Corinne Poulidor, ontspon zich een spannende strijd om de troostprijzen. Vermeersch knokte zich naar de tweede plaats, terwijl Orts in de sprint de 23-jarige Bredanaar Ryan Kamp van het podium hield.
Cant maakt einde aan lange droogte
Bij de vrouwen sloeg Sanne Cant weer eens toe. De 33-jarige Belgische, die sinds de Berencross in oktober 2021 droog stond in een internationaal deelnemersveld, was de - eerlijk is eerlijk - niet al te sterke concurrentie de baas.
Bij afwezigheid van een groot aantal toppers werd op voorhand al gekeken naar viervoudig winnares Cant, die samen met ploeggenote Manon Bakker, vorig jaar tweede achter Shirin van Anrooij, en de Tsjechische Kristyna Zemanová tot de favorieten gerekend werd.
Het trio maakte die rol meteen in de eerste ronde al waar.
Veertiende seizoen op rij
Cant, de enige van het drietal die donderdagavond ook in actie was gekomen in Diegem (vijfde plaats), nam in de tweede ronde het initiatief. Bakker, eerder deze maand de sterkste in de wereldbekerveldrit in Val di Sole, moest het antwoord schuldig blijven op de versnelling van de Belgische, die voor het veertiende seizoen op rij in de nationale driekleur rondrijdt.
Ook Zemanová kon de voormalig wereldkampioene niet direct bijbenen, maar hield de koploopster aanvankelijk binnen schootsafstand en volgde bij het ingaan van de laatste van vier omlopen op tien seconden.
De net 20 jaar oude Tsjechische moest echter passen in de slotronde en genoegen nemen met de tweede plaats. Voor Bakker, een illusie armer want gekomen voor de winst, restte op eerbiedige afstand de derde stek.
