Hulpgoederen bereiken 60.000 mensen in Syrische steden
In vier belegerde Syrische steden zijn voor het eerst in vijf maanden hulpgoederen afgeleverd. Dat zegt het Wereldvoedselprogramma (WFP) van de Verenigde Naties. De hulp is gisteren aangekomen in Madaya en Zabadani, twee plaatsenbij Damascus die in handen zijn van de rebellen, en Foa en Kefreya in de provincie Idlib. In die laatste twee steden maakt het regeringsleger de dienst uit.
In totaal reden 45 trucks de vier steden binnen. Ze hadden voedsel, medicamenten en hygiënische producten voor 60.000 mensen bij zich. Die kunnen zich daarmee volgens het WPF een maand redden. Het WFP stuurde ook nog eens hulpgoederen voor 250 kinderen in Madaya en Zabdani, goed voor drie maanden.
Voor zover bekend zijn er nog geen hulpkonvooien aangekomen in het belegerde Oost-Aleppo. "We maken ons grote zorgen over de 250.000 mensen die daar vastzitten, zij zijn afgesloten van water, medicijnen, en andere noodzakelijke goederen", zei woordvoerder Kern van het WFP. "We roepen alle partijen in dit vreselijke conflict op om onmiddellijk de toegangswegen te openen en humanitaire hulp toe te laten in Oost-Aleppo."
Vorige week werd een hulpkonvooi van de Verenigde Naties in de buurt van Aleppo aangevallen. Rebellen en westerse regeringen gaven de Syrische regering en Rusland de schuld van de aanval. Dat gebeurde gisteren in een spoedzitting van de VN-Veiligheidsraad. Frankrijk, Groot-Brittannië en de Verenigde Staten hadden harde woorden voor met name Rusland. Ze beschuldigden Moskou van oorlogsmisdaden in Aleppo.
Rusland en Syrië zeiden in de Veiligheidsraad dat zij juist terroristen bestrijden en de burgerbevolking beschermen. Kremlin-woordvoerder Peskov vond vanochtend de toon van de westerse landen onacceptabel. "Zulke taal brengt grote schade aan het vredesproces. We benadrukken nogmaals dat de situatie ingewikkeld is en dat baart ons zorgen. Onze grootste zorg is dat de terroristen de wapenstilstand gebruiken om zich te hergroeperen en herbewapenen, om vervolgens nieuwe aanvallen uit te voeren."
De Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Kerry zei vanmiddag dat Syrië en Rusland kennelijk "de intentie hebben om Aleppo in te nemen en te verwoesten gedurende het proces". Net als Peskov erkende Kerry dat de situatie in Syrië complex is. "Terwijl zij op Aleppo inbeuken, lukraak bommen gooien, vrouwen en kinderen doden, zijn gesprekken over een eenheidsregering ingewikkeld."