Hulpkonvooi in Syrië aangevallen, VN-gezant woedend
In de Syrische provincie Aleppo is een hulpkonvooi gebombardeerd. Het Syrisch Observatorium voor de Mensenrechten in Londen zegt dat daarbij twaalf mensen zijn omgekomen, voornamelijk chauffeurs.
De vrachtwagens zouden zijn aangevallen door Syrische of Russische gevechtsvliegtuigen, maar een woordvoerder van de Verenigde Naties kan dat niet bevestigen. De VN zegt ook niets over het aantal slachtoffers bij de aanval.
Rode Halve Maan
Een inwoner van Urm al-Kubra zegt dat het konvooi door vijf raketten werd geraakt toen de vrachtwagens geparkeerd stonden bij het centrum van de Rode Halve Maan, zusterorganisatie van het Rode Kruis. Medewerkers van die organisatie zouden gewond zijn geraakt. Het konvooi had meel en medische hulpgoederen voor 78.000 mensen aan boord.
De speciale VN-gezant voor Syrië, Staffan de Mistura, heeft woedend gereageerd op de aanval. Volgens hem had het hulpkonvooi na lang onderhandelen toestemming gekregen om hulpgoederen te brengen naar noodlijdende Syriërs. Hulpkonvooien gaan pas op pad als alle partijen beloven dat ze de hulpverleners vrije doorgang verlenen.
Wapenstilstand
Eerder op de dag zegde het Syrische leger het staakt-het-vuren in het land op. Sindsdien telde het Observatorium zeker veertig aanvallen op doelen van rebellen in en rond Aleppo. Daarbij zouden ten minste twintig mensen zijn omgekomen.
