Afghaanse geheime dienst: Taliban-leider Mansour is dood
De Afghaanse geheime dienst is ervan overtuigd dat Taliban-leider mullah Akhtar Mansour dood is. Ook Amerikaanse functionarissen en minister van Buitenlandse Zaken Kerry gaan ervan uit dat Mansour waarschijnlijk is gedood bij een drone-aanval.
Binnen de terreurgroep zelf heerst nog veel onduidelijkheid. Een Taliban-commandant heeft tegenover het Amerikaanse persbureau AP gezegd dat Mansour dood is, maar het Duitse persbureau DPA meldt dat een andere Taliban-bron de dood ontkent. "Hij leeft, er is geen aanslag op hem gepleegd", was het bericht.
"Bevestiging van zijn dood door de Taliban kan even duren. Pas als de nummer twee van de beweging, Sirajuddin Haqqani, of Taliban-woordvoerder Zabiullah Mujahid van zich laat horen, hebben we iets meer zekerheid", zegt correspondent Joeri Boom.
Taliban-commandanten zijn niet zomaar te bereiken. "Een telefoon opnemen kan je levenseinde zijn. Dan word je gepeild en sturen ze een drone op je af." Ook goed ingevoerde Pakistaanse kranten met bronnen binnen de Taliban melden de dood van Mansour vooralsnog niet.
De Afghaanse geheime dienst heeft het doorgaans wel bij het rechte eind, zegt Boom. "Zij hebben waarschijnlijk van goed ingevoerde bronnen, misschien zelfs binnen de Taliban, genoeg bewijs gekregen om de dood van Mansour te bevestigen."
De aanval vond volgens Boom plaats middenin Taliban-territorium: "Dat maakt het wel moeilijk om zijn dood te bevestigen", zegt hij. "Misschien denken de Taliban de dood geheim te kunnen houden, net als de dood van Mullah Omar. Ze hebben geen enkele reden om zijn dood, als dat het geval is, te erkennen."
"Ik denk dat er vandaag geen sluitend bewijs komt", zegt Boom. "Ook niet van het in leven zijn van Mansour. Of hij de raketten heeft overleefd, zwaargewond is of elders was. Het stomste wat hij nu kan doen is communiceren."
De Verenigde Staten zijn net als de Afghaanse geheime dienst niet terughoudend in hun berichtgeving. Volgens Boom heeft dat een reden: "Dit zaait hoe dan ook twijfel in de gelederen van Taliban-topcommandanten. Het kost ze tijd, het kost ze energie, die ze dan niet kunnen steken in het plannen van aanvallen."