Missie Mali draait om verkenningen en inlichtingen
De Nederlandse missie in Mali begint officieel in mei vorig jaar, als de leiding over het kamp Castor in de stad Gao wordt overdragen aan de Nederlandse VN-militairen. Ze zitten op dat moment met 380 militairen in het kamp, in oktober komen er nog zeventig collega's bij.
In kamp Castor zitten verschillende militaire onderdelen. Er zijn speciale eenheden, die vandaag de luchtaanval uitvoerde op rebellen. Ook is er ondersteunend personeel en zijn er militairen die inlichtingen verzamelen. Een deel van die mensen zit op het VN-hoofdkwartier in de hoofdstad Bamako.
Inlichtingen
De Nederlanders zijn vooral in Mali om verkenningen uit te voeren en inlichtingen te verzamelen. Volgens Defensie "gebruikt de commandant van de VN-missie die informatie om operaties voor te bereiden".
Voor die verkenningen hebben de Nederlanders onder meer de beschikking over vier Apache-gevechtshelikopters en drie Chinooks. Die laatste worden ingezet voor medische evacuaties. Ook zijn er verschillende voertuigen zoals een Bushmaster en een Fennek.
Veel politieke steun
De Nederlanders maken onderdeel uit van de VN-vredesmissie Minusma. Het doel van de missie is om de stabiliteit van Mali te herstellen. Het land verzeilde in 2013 in een burgeroorlog toen streng-islamitische rebellen de macht in het noorden overnamen.
De Tweede Kamer stemde eind 2013 met grote meerderheid in met het sturen van militairen naar Mali. Alleen de PVV, SP en Partij voor de Dieren waren tegen.