Terugblik op de belegering van Sarajevo

Eén van de oorlogsmisdaden waarvan generaal Mladic wordt beschuldigd door het Joegoslavie-tribunaal is de belegering van Sarajevo. De stad werd uitgeroepen tot de nieuwe hoofdstad van Bosnië-Hercegovina 1992. In de weken voorafgaand aan de onafhankelijkheidheidsverklaring van Bosnië was Sarajevo het toneel van demonstraties en betogingen, en intussen hadden troepen van het het Joegoslavische leger onder leiding van Mladic zich in de bergen rond de stad gevestigd. Wat volgt zijn drie jaren waarin de stad wordt beschoten en gebombardeerd vanuit de omliggende bergen. De bewoners leefden zonder elektriciteit, verwarming, water en medische zorg, en er was een voortdurend gebrek aan voedsel. Tijdens de belegering werden naar schatting 12.000 mensen gedood en 50.000 mensen gewond. Gedurende drie jaren vonden er in Sarajevo gemiddeld 329 bominslagen per dag plaats. Het record werd bereikt op 22 juli 1993, toen er 3777 inslagen werden geteld. Na de ondertekening van de Daytonakkoorden in 1995 werd de belegering op 29 februari 1996 officieel ten einde verklaard.