Dit is een nieuwsbericht van
NH
Aangepast

De nieuwe stikstofcrisis? Geen enkel Noord-Hollands water voldoet aan de EU-eisen

De kwaliteit van het oppervlaktewater in Noord-Holland is slecht. Tenminste: volgens Europese regels. Om de kwaliteit van het water te verbeteren is ongelofelijk veel geld nodig, zonder garantie dat het daadwerkelijk gaat helpen. Het waterschap Noorderkwartier zegt dat de strenge Europese eisen niet haalbaar zijn voor 'de badkuipjes' van Noord-Holland. Om dat te bewijzen wordt de Krommenieër Woudpolder de komende jaren een proeflaboratorium.

De Krommenieër Woudpolder ligt vlakbij Krommenie. Het is een weidevogelgebied, er vliegen grutto’s en tureluurs. Op de dijk draait de oude watermolen de Woudaap. En langs de weilanden liggen rechte sloten, met aan de oevers wat riet.

Wie in de sloot kijkt, ziet modder, water en wat eenden. Toch is dit water volgens de Europese Unie een van de slechtste van heel Noord-Holland. Sloten zitten vol stikstof en fosfor. Waterplanten zijn uitgestorven. Er zit kobalt in het water. En het water is heel erg troebel.

Jan Willem Huizinga, waterkwaliteitsexpert bij het waterschap Noorderkwartier, moet het leven terugkrijgen in deze sloot. De EU wil dat de kwaliteit van alle Europese wateren in 2027 weer op orde is. Als dat niet lukt, kan de EU boetes uitdelen. Op dit moment voldoet geen enkel Noord-Hollands water aan de EU-normen.

Volgens de EU moet de waterkwaliteit dus beter. Toch is er is ook nog een andere optie: Brussel overtuigen om de normen aan te passen. Het Noorderkwartier kiest voor die route. Met verschillende onderzoeken en pilots wil het Noorderkwartier bewijzen dat de Europese normen niet haalbaar zijn voor hun regio.

Een van de pilots vindt plaats in de Krommenieër Woudpolder. Maatregelen zullen hier de kwaliteit van het water niet verbeteren, zo wordt verwacht. Om dat te bewijzen haalt het Noorderkwartier de komende twee jaar alles uit de kast: ze gaan baggeren, natuurlijke oevers aanleggen en defosfateren. De resultaten van die maatregelen moeten bewijzen dat de EU-normen voor deze- en vergelijkbare gebieden niet haalbaar zijn.

Van nature in de bodem

Het Noorderkwartier is verantwoordelijk voor alle Noord-Hollandse wateren tussen Waterland en Texel. Uit hun onderzoek blijkt dat de kwaliteit van een groot deel van die wateren niet verbeterd kan worden. Dat komt doordat er van nature veel stikstof en fosfor in de bodem zit.

Als er veel fosfor en stikstof in het water zit, wordt het water troebel. En in troebel water overleeft maar een beperkt aantal planten- en vissoorten. "Ons gebied is vergeven van de stikstof en fosfor. Het is een oud zeegebied en door de verzoeting is het veen afgebroken. En in die veenprut zitten heel veel van die stoffen. Het zit hier dus van nature in de bodem en dat krijg je er niet zomaar uit", aldus Huizinga.

Wat zegt de EU?

De Europese Unie heeft in 2000 besloten dat de kwaliteit van het Europese water omhoog moet. Alle Europese landen krijgen tot 2027 de tijd om hun rivieren, meren en sloten terug te brengen naar 'een gezonde ecologische toestand'. Dat houdt in dat het water niet te veel chemische stoffen mag bevatten en dat er diverse planten en vissen in moeten leven.

Die normen zijn niet ingericht op de badkuipjes in ons gebied, maar op de grote rivieren en beken zoals in de rest van Europa

Jan Willem Huizinga, waterkwaliteitsexpert

Als het voor 2027 niet lukt om de waterkwaliteit te verbeteren, kan Brussel boetes opleggen. Ook kunnen er economische beperkingen gaan gelden om de waterkwaliteit te beschermen. Het ministerie heeft alvast laten uitrekenen dat de boetes kunnen oplopen tot 50 miljoen.

Andere boeg

Maar die Europese regels zijn volgens het Noorderkwartier niet in beton gegoten. Wanneer een waterschap goed kan onderbouwen waarom de normen niet haalbaar zijn, kunnen de eisen worden aangepast. Huizinga: "Die normen zijn niet ingericht op de badkuipjes die wij in ons gebied hebben, maar op de grote rivieren en beken zoals in de rest van Europa."

In plaats van miljoenen uit te geven aan gebieden 'waar geen eer aan te behalen valt', heeft het waterschap onderzocht welke wateren nog kans van slagen hebben. In die gebieden investeert het waterschap in zuiveringssystemen, baggeroperaties en het aanleggen van natuurlijke oevers. In de gebieden waar het 'nooit helder zal worden', worden geen grote investeringen meer gedaan.

Landbouw

Toch zit niet alle stikstof en fosfor van nature in de bodem. Zeker de helft van deze stoffen komt van de ruim 3000 agrarische bedrijven in de regio. Het waterschap richt zich daarom ook op de intensieve landbouw.

Om de boeren in beweging te krijgen heeft het Noorderkwartier het Landbouwportaal opgericht. Een vrijwillige samenwerkingsorganisatie waar boeren worden gestimuleerd tot duurzaam bodemgebruik. Inmiddels doen er 1500 bedrijven mee. Makkelijk gaat het niet: "Door de stikstofcrisis is er veel wantrouwen ten opzichte van de overheid. Waar het om gaat is het vinden van de juiste toon."

Pilot

Terug naar de Krommenieër Woudpolder. De waterkwaliteit in het Zaanse veenweidelandschap is slecht en zal door de hoge concentratie stikstof en fosfor voor 2027 ook niet verbeteren. Om dat te bewijzen zal het waterschap de komende twee jaar alle mogelijke maatregelen nemen in de Krommenieër Woudpolder. Het project zal tonnen gaan kosten.

Het Noorderkwartier weet dat de maatregelen niet veel zullen helpen. In een vergelijkbaar gebied; het Wormer- en Jisperveld, werd tien jaar geleden grootschalig gebaggerd. Kosten: een miljoen. Het bleek niet te helpen. Huizinga noemt het 'leergeld'.

Toch zal er de komende tijd, weliswaar op kleinere schaal, ook in de Krommenieër Woudpolder gebaggerd worden. Het Noorderkwartier wil straks kunnen aantonen dat de Europese normen in een groot deel van hun gebieden echt niet haalbaar zijn.

Betreurenswaardig

De aanpak van het Noorderkwartier vindt navolging. Andere waterschappen kijken nu ook kritischer naar wat haalbaar is en wat niet. Ook het ministerie heeft begrip voor de strategie.

Toch is het opmerkelijk dat het sinds 2000 niet is gelukt om de waterkwaliteit op orde te krijgen. Dan is er ook nog het probleem dat de kwaliteit van het water in bepaalde gebieden achteruit gaat, terwijl daar soms geen verklaring voor is. Het roept de vraag op of stoppen met investeren de juiste keuze is.

Renske Diek, ecoloog bij Natuurmonumenten is niet blij met de aanpak van het Noorderkwartier. Ze vindt het 'betreurenswaardig' dat een waterschap ervoor kiest om niet meer te investeren in bepaalde gebieden.

Tekst gaat verder na de foto.

Renske Diek

Diek erkent dat vijf jaar een korte periode is om veranderingen in de natuur af te dwingen maar dat betekent niet dat we ons niet moeten inspannen: "Dat zijn we ook aan onszelf verplicht. En, als de doelen van 2027 niet worden gehaald, is er tenminste wel íets gedaan om de waterkwaliteit op termijn te verbeteren".

Het is belangrijk om in natuur te blijven investeren omdat de biodiversiteit anders verder afneemt, zegt Diek. Door de hoge concentraties stikstof en fosfor lopen waterplanten gevaar. En wanneer waterplanten verdwijnen, hebben de vissen en andere waterdieren geen schuilplaats en voedsel meer.

Diek twijfelt of alle waterschappen wel in staat zijn om de juiste besluiten te nemen. "De waterschappen worden aan hun lot overgelaten en de materie is erg complex. Het zou daarom goed zijn als de Rijksoverheid ingrijpt en de leiding neemt."

Leven in de sloot

Huizinga zal binnenkort onderzoeken of de aanpak ook stand zou houden bij de rechter. Want het is niet ondenkbaar dat het Noorderkwartier in 2027 wordt aangeklaagd door een natuurorganisatie. Toch staat hij achter de aanpak: "We hebben ambitie en doen dit naar eer en geweten. Mijn persoonlijke drive is om zoveel mogelijk leven in de sloot te creëren. Maar het moet wel binnen de reële mogelijkheden vallen."

Deel artikel: