Carl Verheijen
NOS Sport

Chef de mission Verheijen volgt vader op: 'Draaiboeken voor calamiteiten liggen klaar'

  • Luuk Blijboom

    Redacteur NOS Sport in Peking

  • Luuk Blijboom

    Redacteur NOS Sport in Peking

Wat Carl Verheijen tot de meest geschikte man in de Nederlandse sport maakt om bij de Winterspelen in Peking de rol van chef de mission te vervullen? Vader Eddy, die hetzelfde ambt zestien jaar eerder in Turijn bekleedde, vat het antwoord zonder haperingen in één zin samen.

Op dicteertoon: "Hij kan goed luisteren, is innemend en deskundig, heeft als schaatser een mooie sportcarrière achter de rug en weet op trainingsvlak van wanten."

Het is een antwoord dat om enige nuancering vraagt, zegt de persoon in kwestie. "We werken in Peking met een enorm groot team van professionals. Die mensen ga ik echt niets vertellen over hun programma's, of over hoe ze moeten functioneren. Maar met mijn blik op de organisatie van buiten naar binnen toe kan ik wel van toegevoegde waarde zijn."

Buitenstaander

Dat Carl Verheijen (46) een relatieve buitenstaander is, noemt hij een pré. Nadat hij in 2010 stopte als schaatser, met een afgeronde studie geneeskunde en dubbel olympisch brons uit Turijn op zak, was hij elf jaar werkzaam in de zorg. Tegenwoordig is hij directeur Kennis en Innovatie van de Noaber Foundation, een bedrijf dat volgens de eigen website 'gezondheid verbetert en veranderingen stimuleert.'

"Ik zit nu heel diep in de organisatie van TeamNL, natuurlijk. Ik neem alleen wel andere kennis, ervaringen en werkomgevingen mee. Die kunnen louterend en verfrissend werken, omdat ik op een andere manier kan verbinden of nadenken."

Ik heb wel het idee dat de Spelen nu veel meer impact hebben dan in mijn periode. De verantwoordelijkheid van Carl naar Nederland toe is veel groter dan in 2006.

Eddy Verheijen

Vader Eddy (75) dient als extern klankbord, zegt Carl. "Het is leuk bij dingen te kijken hoe hij over bepaalde zaken denkt en welke ervaringen hij heeft. Waar moet je aan denken bij de keuze van de vlaggendragers? Aan welke waarden en normen hecht je belang binnen het team? Hoe verdeel je je energie wanneer je vier weken lang dag en nacht in touw bent? Dat soort dingen."

"De functie als zodanig is in zestien jaar tijd niet veranderd", meent senior. "Ik heb alleen wel het idee dat de Olympische Spelen veel meer impact hebben dan in mijn periode. De verantwoordelijkheid van Carl en het team naar Nederland toe is veel groter dan in 2006."

2005: consternatie bij journalisten in het Italiaanse Bardonecchia. De NOS-ploeg en andere journalisten worden daar in het atletenonderkomen vastgehouden, omdat de politie niet op de hoogte was van de komst van de Nederlandse pers. Alle paspoorten worden ingenomen en gecontroleerd. Eddy Verheijen, chef de mission is niet blij.

"Niet alleen de Spelen zijn doorontwikkeld. Hetzelfde geldt ook voor de sporten", vult Carl Verheijen zijn vader aan. "Het verbaast me echt als ik zie wat er achter de schermen voor organisatie klaarstaat om alles goed te laten verlopen. Het is superfijn werken met dat Team Games Operations."

Slagschaduw van grote namen

Eddy en Carl Verheijen hebben een gedeeld verleden in het schaatsen. Rode draad: de slagschaduw van grote namen waarin beiden moesten presteren.

Eddy Verheijen bokste op tegen illustere namen als Ard Schenk, Kees Verkerk en Jan Bols. Ploeggenoten die er debet aan waren dat hij tijdens de Olympische Spelen van 1972 in Saporro niet op zijn geliefde 5.000 en 10.000 meter kon uitkomen. Verheijen schikte zich een halve eeuw geleden in zijn lot. Hij werd 25ste op de 500 meter en eindigde als negentiende op de 1.500 meter.

Carl Verheijen reed met en tegen mannen als Rintje Ritsma, Ids Postma, Gianni Rome, Jochem Uytdehaage, Mark Tuitert en Sven Kramer. Het liet onverlet dat hij vijf maal wereldkampioen werd en in 2005 voor eigen publiek in Heerenveen een wereldrecord van 12.57,92 reed op de tien kilometer.

Ik heb nog met Ireen Wüst en Sven Kramer mogen schaatsen. Daardoor heb ik het gevoel dat dit nog steeds een klein beetje ook mijn generatie is.

Carl Verheijen

Verheijen, de opvolger van Jeroen Bijl als chef de mission, nam deel aan twee Winterspelen. In 2002 eindigde hij in Salt Lake City als zesde op de vijf kilometer. Vier jaar later werd hij in Turijn op die afstand vierde. Hij keerde terug uit Italië met brons op de 10.000 meter en de ploegenachtervolging.

Vader benijdt zoon niet

En nu treedt hij dus in de voetsporen van zijn vader. Eddy Verheijen is vervuld met gepaste trots, maar benijdt zijn zoon niet. Die wordt geconfronteerd met andere dan alleen sportieve uitdagingen. Covid-19, de steeds groter wordende invloed van sociale media, het toenemende individualisme in de sport. Dat soort zaken.

"De Olympische Spelen zijn niet slechter of beter dan vroeger. Alles is gewoon anders", zegt zoon Carl. "Ik heb het voorrecht gehad om de sporters in de aanloop te bezoeken. Daar zie ik hetzelfde fanatisme, de gedrevenheid die ik in mijn tijd ook had. Alleen is de afleiding om de sport heen iets groter. De wereld is niet alleen individualistischer, maar ook kleiner geworden omdat je zo goed kunt connecten met iedereen."

Een terugkerend beeld: Sven Kramer die boven Carl Verheijen eindigt op de 5.000 meter (dit is bij de WK afstanden in 2007)

Toch is het niet zo dat de chef de mission met zijn atleten een kloof bespeurt. "Ik heb nog met Ireen Wüst en Sven Kramer mogen schaatsten. Daardoor heb ik het gevoel dat dit nog steeds een klein beetje ook mijn generatie is."

"Wat ik ook heel leuk vind: ik heb in 2012 Adriana Jelinkova, Kimberley Bos en Suzanne Schulting als chef de mission in mijn ploeg gehad tijdens de Olympische Jeugdwinterspelen van Innsbruck. Ik was erbij toen zij voor het eerst op een internationaal podium gingen presteren. Zoiets schept een band."

"Die periode van tien jaar die sindsdien voorbij is gegaan, voelt kort genoeg aansluiting bij zulke sporters te behouden. Hoe langer je elkaar kent en hoe vaker je elkaar gezien hebt, hoe informeler de relatie wordt."

Verstikkende wurggreep

Het laat onverlet dat de vermaledijde C-woorden twee weken lang als een grauwsluier boven Peking zullen hangen. Corona, Covid-19. Verheijen zelf testte halverwege januari positief, maar zit inmiddels toch in China. Het zal ook de atleten voor, tijdens en na de competities in een verstikkende wurggreep houden.

"Gelukkig hebben de schaatsers en shorttrackers er ervaring mee om wekenlang in een bubbel te moeten zitten. Het mooie is dat niemand ze daartoe dwingt. Iedereen doet het uit vrije wil om op de Olympische Spelen de beste te kunnen zijn."

Explainer: Hoe werkt de Olympische bubbel

Er is bovendien geleerd uit het verleden. Tokio 2020 fungeert als blauwdruk voor Peking 2022. "Als je ziet hoe er onder de omstandigheden door de Nederlanders in Japan is gepresteerd, kun je concluderen dat de prestaties en het plezier daar niet onder hoeven te lijden."

En mocht het onverhoopt mis gaan, op welk vlak dan ook, dan liggen de draaiboeken voor noodgevallen in ieder geval klaar.

Omkoopschandaal

Als ervaringsdeskundige weet Eddy Verheijen dat Olympische Spelen zelden zonder slag of stoot verlopen. Zo werd hij zelf in Turijn geconfronteerd met een omkoopschandaal.

Voor de somma van 50.000 euro plus een auto zou het team rond Gretha Smit een olympische startplaats op de 5.000 meter hebben willen kopen van de Poolse Katarzyna Wojcicka, zo bleek uit onderzoek van de NOS. Drie jaar later werd Smits coach Ingrid Paul door de Commissie Turijn schuldig bevonden aan het vergrijp.

Gretha Smit met coach Ingrid Paul

Het voorval blijkt zestien jaar na dato lesstof te zijn geweest voor de huidige chef de mission. "Daar is destijds een rapport over geschreven. Carl heeft dat opgehaald bij NOC*NSF om zich van de inhoud op de hoogte te brengen", zegt Eddy Verheijen.

Mede met die kennis in het achterhoofd zat Carl Verheijen in de aanloop naar Peking 2022 meermaals met het zogeheten calamiteitenteam van NOC*NSF om de tafel. "Daarbij kwamen scenario's op tafel van excessen die zich tijdens de Spelen kunnen voordoen. Naast, uiteraard, gevallen van Covid-19 kun je dan denken aan een dopingschandaal, matchfixing, politieke onrust en ongepaste uitspraken in het openbaar."

Draaiboeken liggen klaar

"We hebben de draaiboeken klaarliggen om in voorkomende gevallen atleten te beschermen, de zaak goed in de media te brengen en de overige sporters zo goed mogelijke prestaties te laten leveren."

Maar er zijn natuurlijk altijd situaties denkbaar waarvoor je niet meteen een oplossing voor handen hebt, weet ook Carl Verheijen. "Dan wordt het een kwestie van in alle geledingen zo goed mogelijk improviseren. Want leidinggeven aan de olympische ploeg is eerst en vooral een prestatie van een team waarbinnen ik een rader ben."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl