Aangepast

Liplikjes en roofdieren: waar moet je op letten bij het NOS lijsttrekkersdebat?

De tijd begint te dringen voor de partijen: nog maar enkele uren tot de stembussen opengaan. Vanavond staan de lijsttrekkers in het NOS-lijsttrekkersdebat nog één keer tegenover elkaar, met allemaal hetzelfde doel: de zwevende kiezer overtuigen. Maar dat doen ze ieder op hun eigen manier.

Wat kan je verwachten? Welke trucs hebben de lijsttrekkers? En wie doet het tot nu toe eigenlijk het best? Dat vroegen we aan debattijger Dennis Bemelmans en retorica-expert Victor Vlam.

Mark Rutte (VVD)

"Rutte is een van de snelste denkers in de politiek, dat levert ‘m in debatten veel voordeel op", vindt Victor Vlam. "Maar hij kan erg berekenend zijn en praat met weinig emotie. Daardoor komt-ie soms over als iemand die het vooral om het politieke spelletje gaat, niet om de inhoud."

Ook Bemelmans vindt dat de premier het in debatten erg goed doet. "En hij draagt de rol van minister-president goed uit: rustig en beheerst. Ik ben heel erg benieuwd of hij dat kan volhouden met Geert Wilders erbij vanavond."

Vlams tip voor vanavond: "Hij zou wat minder moeten praten over koopkrachtplaatjes, en wat meer over de mensen die de gevolgen van het beleid gaan voelen." De tip van Bemelmans: "Hij moet rustig en beheerst proberen te blijven. Rutte moet niet te fel in de aanval."

Geert Wilders (PVV)

"Wilders is vaak niet lang aan het woord, maar toch is hij een ontzettend effectieve debater”, zegt Vlam. Maar hij heeft wel een bepaald trekje waardoor mensen hem onbewust met onbetrouwbaarheid associëren: "Hij likt de hele tijd zijn lip."

Dat effectieve ziet Bemelmans ook. "Hij is iemand die er met gestrekt been ingaat en altijd uitspraken weet te doen die blijven hangen in de media." Maar Bemelmans vindt hem ook erg voorspelbaar: "Je weet altijd wat zijn kernverhaal is: Nederland weer van ons, de grenzen dicht, etc. Er zijn altijd kleinere issues, maar daar weet hij dat hoofdverhaal altijd in te verwerken."

Tips voor vanavond: "Stoppen met dat liplikken! Als hij dat zou doen, zou hij nog beter zijn", aldus Vlam. Bemelmans is vooral benieuwd: "Haatpaleizen, kopvodden en straatterroristen - ik ben benieuwd waar-ie nu mee komt."

Sybrand Buma (CDA)

Sybrand Buma doet het de laatste tijd in de peilingen best goed, maar Bemelmans ziet het niet: "Ik vind hem tot nu toe eigenlijk niet zo heel erg sterk." En hij ging te ver tijdens het Carrédebat, vindt de debattijger. "Hij speelde heel erg op de man om op te vallen, maar ging daarin te ver. Hij noemde Lodewijk Asscher ‘spuit elf’, dat lag er te dik bovenop."

Vlam vond Buma in het verleden een beetje flets, "maar tot nu toe in deze campagne juist verrassend aanvallend. En als je zelf in de aanval bent, kun je niet aangevallen worden." Maar dat kan ook verkeerd uitpakken: "Het gevaar is wel dat het wat zeurderig en drammerig overkomt."

Vanavond: "Hij moet niet op elke slak zout leggen", zegt Vlam. "Hij moet zijn belangrijkste aanvalspunten goed uitkiezen en daar vol op focussen."

En Bemelmans vindt dat hij niet alles op de man moet spelen. "Dat kan wel werken, maar het is een inbreuk op de regels van een loepzuiver debat. Je hoorde het publiek in Carré soms ook een beetje morren."

Alexander Pechtold (D66)

Pechtold is volgens Victor Vlam een rasdebater, "Heel erg scherp en ook grappig". Maar hij is niet zo goed in het vertellen van zijn eigen verhaal. "Hij is vooral goed als hij op anderen reageert."

Ook debatexpert Dennis Bemelmans vindt Pechtold een van de betere sprekers en heel ad-rem. "Hij babbelt makkelijk. Maar hij praat vaak in lange zinnen met veel bijzinnen."

"Vanavond zou hij eens kunnen proberen om een politiek standpunt te koppelen aan een persoonlijk verhaal, dan blijft 't veel beter hangen", zegt Vlam. En Bemelmans raadt hem aan om af en toe een punt te zetten. "Neem een moment rust om je boodschap even te laten bezinken bij de luisteraar."

Jesse Klaver (GroenLinks)

"Jesse Klaver vertelt heel veel anekdotes", zegt Vlam. "Dat is een slimme tactiek, omdat je een debat over moeilijke politieke zaken zo veel minder abstract maakt." Maar dat moet hij niet overdrijven. "Zijn opa, zijn oude buurt, hoe hij op straat wordt aangesproken; hij moet wel uitkijken. Nederlanders vinden dat snel een beetje aanstellerig."

Bemelmans noemt Klaver een goede spreker die goed formuleert. "Hij komt met mooie oneliners: 'een land waar je niet beoordeeld wordt op je afkomst, maar op je toekomst.' Mooi!"

Maar, zegt Bemelmans, "hij heeft wel de neiging om heel druk te gebaren met zijn handen, dat kan afleiden." Tip voor vanavond dus.

Emile Roemer (SP)

Victor Vlam vindt Emile Roemer een vriendelijke, goedlachse Brabander. "Maar eigenlijk past hij niet zo bij de SP. Dat is een beetje een boze vechtpartij, dat schuurt met het vrolijke karakter van Roemer."

Bemelmans vindt dat hij het tot nu toe goed doet. "Hij gebruikt duidelijke voorbeelden als het ingewikkeld wordt." - "Maar hij moet oppassen dat hij niet te ver gaat met de persoonlijke aanvallen. Zo noemde hij Buma 'een stugge boekhouder'. Ik vind het wel kunnen, maar het is op het randje."

Waar moet Roemer vanavond op letten? "Hij zou kunnen benadrukken dat hij zeventien jaar in het onderwijs heeft gezeten", zegt Vlam. "Hij is dus geen hoge pief, maar een gewone man met een gewoon leven. Zo kan hij de connectie maken met zijn achterban."

Volgens Bemelmans moet hij duidelijke taal blijven spreken. "Hij zette tijdens een eerder debat het eigen risico in de zorg bijvoorbeeld neer als een boete op ziek zijn. Zo'n 'frame' blijft wel hangen."

Lodewijk Asscher (PvdA)

"Asscher wil uitstralen dat hij een echte leider is, iemand die boven de partijen staat", zegt Vlam. Dat ziet ook Bemelmans: "Hij probeert zich heel erg presidentieel op te stellen. Als een premierskandidaat."

Vlam vindt het een goede strategie, maar op het verkeerde moment. "Want zo staat de PvdA er nu even niet voor in de peilingen." Bemelmans vindt het allemaal wat vlak: "Er zitten niet echt uitschieters in. En je weet niet echt wat zijn kernverhaal is. Wat wil hij met Nederland?"

Wat moet hij vanavond doen? "In de aanval gaan!", zegt Vlam. "Dan val je veel meer op dan wanneer je heel evenwichtig wil overkomen. En hij zou wat minder woorden moeten gebruiken om een punt te maken."

De inhoud kan trouwens ook beter, zegt Bemelmans. "Hij moet een glashelder verhaal hebben, zoals zijn voorganger Diederik Samsom een paar jaar geleden. Die hamerde op eerlijkheid. 'Sterker en socialer uit de crisis komen.'"

Gert-Jan Segers (ChristenUnie)

ChristenUnie-lijsttrekker Gert-Jan Segers is voor de experts eigenlijk een grote onbekende, omdat hij een aantal keer niet van de partij was. Het RTL-debat liet hij bijvoorbeeld schieten, omdat dat op zondag was en de ChristenUnie dat een rustdag vindt.

Segers zal dus wel moeite hebben om z'n zenuwen te onderdrukken, denken ze, maar daar hebben ze wel wat handige tips bij. "Ik zou op safe spelen: niet al teveel opvallen", zegt Vlam. "Dan win je niks, maar verlies je ook niks."

En Bemelmans: "Wat heel goed werkt, is je hele verhaal opknippen in kleine blokjes en die helemaal uit je hoofd leren. Dan kun je er altijd zo’n blokje bij pakken, wat de vraag ook is."

Rutte liet zijn tanden zien als een roofdier.

Lichaamstaaldeskundige Job Boersma

Je kan trouwens ook het geluid uitzetten om erachter te komen wat er zich in het hoofd van de lijsttrekker afspeelt. Zo gaat psycholoog en lichaamstaaldeskundige Job Boersma namelijk te werk. Boersma kijkt het debat zonder geluid om zich beter te kunnen concentreren op micro-expressies: piepkleine trekjes in iemands gezicht, waar hij wel aan kan zien hoe die persoon zich voelt.

Minachting

In 2012 zag Boersma op die manier de val van het eerste kabinet van Rutte al aankomen: "Toen Rutte met Wilders aan het overleggen was, had hij voortdurend trekjes van minachting in zijn gezicht; dan gaat één mondhoek wat omhoog in een soort scheve glimlach." Omdat dat een slecht voorteken is in relaties, zag Boersma de bui al hangen.

Tijdens de verkiezingen daarna zag hij nog een mooi voorbeeld, toen Rutte in een debat in het nauw werd gedreven. "Hij trok zijn mondhoeken naar achteren en liet letterlijk zijn tanden zien als een roofdier. De micro-expressie van angst."

Die lichaamstaal is bijna niet te onderdrukken, dus kan hij er tijdens de debatten veel uit afleiden. "Raken de lijsttrekkers elkaar aan? Is er oogcontact? Hebben ze chemie of zou die kunnen ontstaan? Het heeft bijna iets soapachtigs."

Deel artikel: