Terwijl het nieuws rond de oorlog in Oekraïne zich focust op het front bij de stad Charkiv, is honderden kilometers zuidelijker de Russificatie van bezet gebied in volle gang. Uit een reconstructie van Nieuwsuur blijkt dat de stad Marioepol een metamorfose doormaakt en dat Rusland de hoop op terugkeer voor gevluchte inwoners letterlijk met de grond gelijk maakt.
De Russen maken van Marioepol het prototype van hoe het naoorlogse Oekraïne er volgens hen uit moet komen te zien. Straten krijgen Russische namen, standbeelden van Oekraïense helden worden vervangen door Sovjethelden en op scholen is Russisch de voertaal. En ze gaan verder dan dat. Volgens experts gaat wat Rusland doet tegen alle internationale wetten in.
Huizen slopen
Rusland heeft een strategie om huizen in Marioepol te nationaliseren. Aan de hand van satellietbeelden, gesprekken met gevluchte inwoners en beelden die Nieuwsuur liet maken in de stad, analyseerden we hoe complete woongebouwen zijn gesloopt en worden herbouwd voor Russen. En gebouwen die nog wel overeind staan, claimen de Russen ook.
Bekijk hier onze video over Ruslands illegale huizenjacht:
Toen Marioepol in mei 2022 in Russische handen viel, leefden er naar schatting nog 100.000 mensen in de stad, minder dan een kwart van de oorspronkelijke bewoners. Van de stad is weinig over, toch heeft de Russische president Vladimir Poetin er grootse plannen mee. Volgend jaar moeten er 350.000 mensen wonen en in de komende tien jaar moet dat aantal groeien naar een half miljoen.
De nieuwe woongebouwen die uit de grond worden gestampt zijn niet bedoeld voor de terugkeer van gevluchte Oekraïners. Russische en Rusland-gezinde makelaars proberen de huizen nu al aan Russen te slijten.
Huizen mogen alleen worden gesloopt als dat strikt noodzakelijk is voor militaire operaties, maar die zijn daar op dit moment niet.
Voor bezette gebieden in oorlogstijd gelden internationale wetten. Huizen van gevluchte bewoners slopen, dat mag niet zomaar, zegt hoogleraar militair recht Marten Zwanenburg (Universiteit van Amsterdam). "Een bezettende mogendheid moet het lokale recht respecteren. Huizen mogen alleen worden gesloopt als dat strikt noodzakelijk is voor militaire operaties, maar die zijn daar op dit moment niet. Lokale wetgeving zou kunnen toestaan dat gebouwen worden vernietigd als die zwaar beschadigd zijn. Maar dat moet dus wel in overeenstemming gebeuren, en ten behoeve van de lokale bevolking. Daar lijkt hier geen sprake van."
Rusland onteigent bovendien ook onbeschadigde huizen. Dat begint al in oktober 2022 als Rusland een decreet uitvaardigt waarin staat dat eigenaren binnen dertig dagen hun eigendomsdocumenten moeten overhandigen aan de Russische autoriteiten in Marioepol. Doen ze dat niet, dan verliezen ze het recht om hun woning te gebruiken. In de praktijk betekent dit dat veel gevluchte inwoners van het gebied het eigendomsrecht op hun huis verliezen.
Wat Rusland doet is niet alleen in strijd met het internationaal oorlogsrecht, maar ook met mensenrechten, zegt Antoine Buyse, hoogleraar mensenrechten aan de Universiteit Utrecht. "Als je iemands woning afneemt, schend je iemands recht op respect voor zijn woning. Een huis is niet alleen een stuk vastgoed, maar ook een thuis. Dat symbolische is heel belangrijk en wordt ook beschermd door mensenrechten."
Vredesverdrag
Zolang Marioepol in Russische handen is, lijkt het vooruitzicht om naar huis terug te keren uiterst somber voor de gevluchte inwoners. Maar mocht er toch een vredesverdrag komen, dan speelt de internationale gemeenschap een belangrijke rol, zegt Buyse. Als voorbeeld noemt hij het conflict in Bosnië en Herzegovina in de jaren 90.
"Onder zware druk van de internationale gemeenschap is in dat vredesverdrag opgenomen dat iedereen die was gevlucht, het recht had zijn huis terug te claimen. Dat was heel uitzonderlijk."
Buyse legt uit dat in die oorlog de term etnische zuivering internationale bekendheid heeft gekregen. "Het doel van de internationale gemeenschap was om die etnische zuiveringen, waar kon, terug te draaien. Ze konden mensen niet tot leven wekken, maar wel zorgen dat ze terug naar hun huizen konden."
Volgens Buyse ligt dit in het geval van de oorlog in Oekraïne ingewikkelder omdat Rusland in 2022 uit de Raad van Europa is gezet. Daardoor geldt het Europees mensenrechtenverdrag niet meer voor dat land, "en kan Rusland ook niet meer voor nieuwe schendingen aansprakelijk worden gehouden van de rechten die daarin zijn vastgelegd".
"Het is nu vooral belangrijk dat zo goed mogelijk wordt vastgelegd wat vernietigd wordt en wie wat kwijt is", zegt Buyse. "We weten niet of er ooit vrede komt voor Oekraïners, maar het vastleggen van getuigenissen en beeldmateriaal is hun beste kans op gerechtigheid."