Tussenstand Glasgow: nog geen wonderen, al wel kleine stapjes

Flink minder methaan-uitstoot, binnen tien jaar een einde aan ontbossing en geen overheidssteun meer voor overzeese projecten in kolen, olie en gas. Halverwege de klimaattop in Glasgow zijn de eerste resultaten binnen. Nieuwsuur maakt met drie klimaatwetenschappers de balans op: "Er is nog steeds een gevoel van: het kan ook wel wat later of iets minder."

"Ik verwacht geen wonderen", zegt Michael Oppenheimer, vooraanstaand klimaatwetenschapper verbonden aan Princeton University. "Glasgow is onderdeel van een langdurig proces. Soms worden er grote stappen genomen, maar meestal is het hard werken voor een beetje vooruitgang. Het probleem is natuurlijk wel dat de klok tikt. We hebben nog maar weinig tijd tot anderhalve graad opwarming."

Het is positief om te zien dat de wereld in beweging komt.

Maisa Rojas, Universiteit van Chili

Oppenheimer is al ruim 25 jaar betrokken bij het IPCC, het klimaatpanel van de Verenigde Naties. De hooggespannen verwachtingen rond de klimaattop storen hem. "Deze top wordt niet een grote mislukking of een doorslaand succes. Dat komt omdat klimaatbeleid veelal over binnenlands beleid gaat. Daarbij speelt de interne politiek van een land een rol. Het binnenlands beleid van China, de VS of Nederland regel je niet even op een internationale conferentie."

Oppenheimer hoopt wel dat er vooruitgang wordt geboekt op het gebied van transparantie. Denk aan de informatie die landen met elkaar moeten delen om te laten zien dat ze ook doen wat ze beloven.

De Chileense klimaatwetenschapper Maisa Rojas, verbonden aan de Universiteit van Chili, is als mede-auteur van het laatste IPCC-rapport in Glasgow aanwezig. "Het is positief om te zien dat de wereld in beweging komt. Ik hoor van veel mensen dat ons rapport echt een impact heeft gehad. Nu maar hopen dat landen niet alleen de realiteit onder ogen zien, maar ook begrijpen dat haast geboden is. Nog niet iedereen lijkt daarvan doordrongen."

Rojas was onder de indruk van de toespraak van Mia Mottley, de premier van Barbados. Zij noemde een gemiddelde temperatuurstijging van twee graden 'een doodvonnis' voor laag gelegen eilandstaten als Barbados. "Wij wetenschappers gebruiken ons hoofd", zegt Rojas. "De wereld moet een transformatie ondergaan en weerbaar worden gemaakt tegen klimaatverandering. Dat vergt niet alleen iets van ons hoofd, maar ook van ons hart. Een leider die ons hart weet aan te spreken maakt indruk op me."

Oppenheimer is juist sceptisch over het gebruik van (te) grote woorden. "Het is onduidelijk of dergelijke vergaande uitspraken mensen in beweging brengen of juist verlammen. Zo van: ik kan er toch niets aan doen, ik ga maar een potje voetballen."

Urgentie?

"Er is nog steeds een gevoel van: het kan ook wel wat later of iets minder", zegt de Nederlandse klimaatwetenschapper Sybren Drijfhout, hoogleraar klimaatdynamica aan de Universiteit Utrecht en verbonden aan het KNMI. "Terwijl dat denk ik niet kan, gezien de doelstelling. Of je wilt een hele grote wissel trekken op volgende generaties."

Met elke beperking van de temperatuur redden we eigendommen - en veel belangrijker: mensenlevens.

Michael Oppenheimer, klimaatwetenschapper aan Princeton University

Drijfhout werkte mee aan meerdere klimaatrapporten. Hij ziet dat er steeds meer naar de klimaatwetenschap geluisterd wordt, al ontbreekt het echte gevoel van urgentie volgens hem bij beleidsmakers nog altijd. Drijfhout ziet het niet als zijn taak politici te adviseren welk beleid ze moeten uitvoeren. "Maar het is wel onze taak steeds te zeggen: als je dit doet of nalaat dan is dat de consequentie."

Over een week eindigt de top in Glasgow. Dan moet ook duidelijk worden of het doel van anderhalve graad opwarming binnen handbereik blijft. Oppenheimer vindt dat daar niet te veel betekenis aan moet worden verbonden. "Persoonlijk denk ik dat we de anderhalve graad niet gaan halen. Natuurlijk moeten we onze uiterste beste doen. Maar het is belangrijk te beseffen dat het niet het einde van de wereld is als dat niet lukt."

De Amerikaan benadrukt dat dat elke tiende graad opwarming die de wereld weet te vermijden klimaatellende scheelt. "Dat we dat ene doel missen, betekent niet dat we het dan maar moeten opgeven. Met elke beperking van de temperatuur redden we eigendommen - en veel belangrijker: mensenlevens."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl