Voor de consument is de crisis met besmette eieren alweer verleden tijd, maar veel pluimveehouders worstelen nog dagelijks met de nasleep van het schandaal rondom fipronil. Deze zomer werden grote aantallen eieren vernietigd en kippen gedood, nadat het giftige bestrijdingsmiddel in eieren was aangetroffen.
Zes maanden later is voor veel pluimveehouders de nachtmerrie nog niet voorbij. Ze hebben nog steeds besmette kippen, zitten met mest die niet mag worden afgevoerd of verkeren in spanning of hun bedrijf voortgezet kan worden. En sommigen zitten diep in de schulden.
Een miljoen eieren vernietigd
Boer Helmus Torsius uit Putten heeft meer dan een miljoen eieren moeten vernietigen. Sinds eind oktober mag hij weer eieren verkopen. Hij heeft rond de 400.000 euro schade geleden, schat hij in.
En er doemt nog een probleem op. Zeker 30.000 van zijn scharrelkippen zouden normaal gesproken binnenkort als soepkip worden verwerkt. Maar testen van de NVWA geven aan dat er toch nog resten fipronil in de kippen zitten.
"De testen geven aan dat het vlees van de kippen schoon is, maar dat alleen in het vet nog wat resten fipronil zitten. Toch moeten we alle kippen laten vergassen. Dat kost ons nog eens 40.000 euro extra", aldus Torsius.
Waar het bedrijf van Torsius deze klap waarschijnlijk nog kan opvangen, hebben Bertus en Arja Kieft uit Voorthuizen het een stuk zwaarder. Hun 30.000 biologische kippen zijn in oktober vergast. Binnenkort komen de eerste 15.000 nieuwe kippen in de leegstaande stallen. Maar of de eieren van die kippen verkocht mogen worden is nog maar de vraag.
"We hadden hier de afgelopen weken vijftig 'verklikkerkippen', die moeten aangeven of er nog fipronil in de stallen zit. Tot onze grote schrik bleken die kippen opnieuw besmette eieren te leggen. Dan zakt je broek wel af, en slaat de onzekerheid opnieuw toe", zegt Bertus Kieft. De familie kampt met een strop van zeker een half miljoen euro.
Tot onze schrik bleken de kippen opnieuw besmette eieren te leggen. Dan zakt je broek wel af.
"Veel van de getroffen pluimveehouders zijn inmiddels uitgeput en depressief", zegt agrarisch coach Monique te Kiefte. Ze bezoekt, in opdracht van onder meer de gemeenten Barneveld en Ede, een kleine vijftig gezinnen.
"Het is vooral de onzekerheid die deze gezinnen treft. Ze vragen zichzelf af: hoelang blijft ons bedrijf nog op slot, wanneer kunnen we weer eieren leveren, en wat gebeurt er met de kippen straks?."
Volgens Te Kiefte moeten we het drama voor de pluimveehouders niet onderschatten. "Ik kom mensen tegen die fysiek niet meer in staat zijn om te werken, die zitten de hele dag op de bank. Kinderen zeggen: papa lacht niet meer."