Volgens de commissie-Oosting is er geen doofpot op het ministerie van Veiligheid en Justitie. Maar dat betekent volgens journalist Bas Haan niet dat er geen zaken zijn verzwegen bij de afhandeling van de Teevendeal.
"De wil op het ministerie om het bonnetje te vinden was er niet", zegt Haan in het radioprogramma Nieuws en Co. Zo meldde de ict-afdeling dat het bonnetje misschien nog wel te vinden was, maar is er door hoge ambtenaren nooit opdracht gegeven om verder te zoeken.
"Er is door heel veel verschillende mensen geprobeerd om het bonnetje niet te vinden. Doofpot of niet, het bonnetje mocht niet gevonden worden", zegt Haan, die voor Nieuwsuur het bonnetje boven water kreeg.
Geen bewijs
Volgens de commissie-Oosting, die de bonnetjesaffaire onderzocht, hebben topambtenaren veel fouten gemaakt, maar niet doelbewust opdracht gegeven om de zoektocht naar het 'het bonnetje'te stoppen.
Oosting heeft zijn onderzoeksopdracht strikt uitgevoerd, stelt Haan. "Hij heeft gekeken of er binnen de ict-afdeling een bonnetje in een doofpot is gestopt. En daar is geen juridisch bewijs voor."
"Maar dat zegt niets over de constateringen die al eerder in dit dossier zijn gedaan: het geheugen van Teeven, de zwartgelakte stukken uit de deal. Het is een feit dat er van alles door allerlei mensen is weggestopt, tot aan de hoogste ambtenaren toe."
Het rapport van Oosting maakt volgens Haan duidelijk dat het standpunt van het ministerie over de deal die Teeven met crimineel Cees H. sloot, niet waar was.
"Ze hebben het proberen vol te houden op alle niveaus. Maar als je onzin wilt verkopen als waarheid dan loop je uiteindelijk vast. Het is een mooi inkijkje in een heel lelijke vorm van politiek."