NOS NieuwsAangepast

Oorlog belangrijk voor Pauline Broekema

Pauline Broekema (1954) is geboren in de stad Groningen. Direct na de middelbare school gaat zij de journalistiek in en leert het vak in de praktijk bij de Meppeler Courant en later bij het Noordhollands Dagblad. Na zes jaar bij deze twee regionale kranten stapt zij over naar de landelijke radio en wordt ze algemeen verslaggever bij Hier en Nu, de nieuwsrubriek van de NCRV. Vervolgens gaat ze naar de televisie, waar ze werkt als redacteur-verslaggever bij het NOS-journaal. Geschiedenis, en in het bijzonder de Tweede Wereldoorlog, is één van haar specialisaties.

Pauline Broekema komt uit een familie waar de oorlog zijn sporen naliet. "Dat verklaart voor een deel mijn fascinatie voor de bezetting. De broer van mijn moeder, Pieter ter Beek, zat in het verzet en werd in november 1944 gefusilleerd. Na zijn arrestatie vluchtten mijn grootouders en werd hun inboedel geroofd. Deze gebeurtenissen hebben het leven van mijn moeder in belangrijke mate bepaald."

Ook haar vader voelde zich sterk betrokken bij oorlog en verzet. Hij was één van de oprichters van De Stichting Oorlogs- en Verzetscentrum Groningen (OVCG), die informatie verzamelt over de Tweede Wereldoorlog. Verder deed hij onder meer voor de Canadese justitie in de jaren 80 archiefonderzoek voor het proces tegen de Nederlandse oorlogsmisdadiger Jacob Luitjens.

Verwerking

Door de jaren heen zag Pauline Broekema de focus op de bezetting veranderen. "In mijn beginjaren in de journalistiek leefden veel getuigen nog. Sommigen waren zelfs nog in de bloei van hun leven. De tijd van tanden op elkaar en er niet over praten. Daarna begon de verwerking. Ik herinner me nog goed die eerste conferentie in Amsterdam voor ondergedoken joodse kinderen. Die beschouw ik nog altijd als een van de indrukwekkendste bijeenkomsten die ik in het kader van de oorlog heb meegemaakt."

In de loop der jaren deed zij verslag van talloze aan de oorlog gerelateerde gebeurtenissen. "Veel herdenkingen, zoals die van D-Day en de Slag om Arnhem, het vergeten bombardement op Nijmegen en de ontruiming van het Apeldoornsche Bosch. Het onderzoek naar een massagraf in een natuurgebied bij Groningen. Reportages over de exposities van het werk van fotograaf Roman Vishniac en kunstenares Charlotte Salomons. De tentoonstelling in Vught over de Holocaust door kogels. De opening van het bezoekerscentrum in Westerbork, de plaatsing van de 102.000 stenen. Het lezen van de namen van de joodse slachtoffers in Amsterdam en Westerbork. Reportages over bijltjesdag na de bevrijding. Interviews met overlevenden uit de Indische kampen en van de Birmaspoorlijn. Kinderen van NSB'ers op zoek naar hun achtergrond. De reconstructie van hongertochten. De zwarte Amerikaanse militair die in Margraten de gesneuvelde soldaten begroef. Het is maar een greep uit wat ik in de loop der jaren heb gedaan."

"In de vluchtigheid van de actualiteit is de oorlog nog steeds zeer belangrijk", zegt Broekema. "Dat probeer ik in mijn werk voor de NOS ook tot uitdrukking te brengen. Dat wat in het verleden gebeurde nog altijd relevantie heeft voor het heden en de toekomst."

Nieuwe generatie

Het omgaan met de bezetting verandert, vindt ze, nu de laatste getuigen overlijden. "Nieuwe generaties verlangen een oorlog die tastbaar is. Die willen zien hoe een kamp er uitzag. Die vinden het vanzelfsprekend dat je probeert barakken terug te vinden en ze te herplaatsen op het voormalige kampterrein. Ik merk het aan mijn eigen kinderen. Die worden aangesproken door alledaagse menselijke details. Dat jaloezie of geldzucht tot verraad kon leiden."

Ook in haar vrije tijd laat de bezetting haar niet los.

Het Nationaal Bevrijdingsmuseum Groesbeek vroeg haar in 2011 om samen met prof. Paul Sars van de Radboud Universiteit Nijmegen een tentoonstelling te maken over verzetsvrouw Diet Kloos en de dichter Paul Celan. Dit naar aanleiding van haar item in het NOS journaal van 4 mei 2011.

Boeken

In 2001 verscheen haar boek 'Benjamin Een verzwegen dood' over haar naamgenoot, de Groningse slager en streektaalschrijver Benjamin Broekema, die in Auschwitz werd vermoord. In hem beschrijft ze het leven van een joodse gemeenschap op het platteland.

"Mijn vader had een enorme bibliotheek. Hij verzamelde onder meer alles over de oorlog en over Groningen. Ook werk van Benjamin Broekema stond in zijn boekenkast. Dat fascineerde mij als kind al. Een naamgenoot die schreef. Mij werd geleerd dat hij een van de vele joodse Groningers was die in de oorlog werd weggevoerd en vermoord. Daarover te weten was onderdeel van mijn opvoeding."

Onderzoek

Broekema hecht groot belang aan archiefonderzoek. Ze is bezig met een onderzoek over haar familie van moederskant. Over het 19de-eeuwse leven van tabaksplanters op Sumatra, het interbellum in een christen-pacifistisch milieu in Bilthoven en het leven en de dood van haar oom Pieter. "Laatst heb ik uitgerekend dat ik hiervoor inmiddels negentien archieven heb bezocht. Lijfelijk en via internet. Vooral het NIOD en het Nationaal Archief zijn daarbij van groot belang."

Dit onderzoek is momenteel terzijde geschoven voor een project over het kamp Warschau. Daar werden duizenden joodse gevangenen, onder wie vele honderden Nederlanders, onder de meest vreselijke omstandigheden gedwongen de resten van het getto van Warschau te ruimen.

Lezing

De uitnodiging dit jaar de 4-mei lezing te verzorgen noemt Broekema een grote eer. Ze zal haar toespraak deels opbouwen uit elementen die door lezers werden aangedragen na publicatie van haar boek 'Benjamin'.

Het boek verscheen in 2001 en nog steeds ontvangt ze foto's, documenten en verhalen. "Laatst zelfs via Twitter." Daarmee wordt bereikt waar het haar destijds bij het schrijven om ging: de slachtoffers een gezicht geven en hun geschiedenis levend houden. "Het is goed om te merken dat de verhalen nog steeds worden aangevuld."

De eer van de uitnodiging deelt ze met haar omgeving.

"Ik heb veel vrienden die een band hebben met de oorlog. Ook mensen met wie ik bevriend raakte na een reportage. In heb ze geschreven dat als ik daar in de Nieuwe Kerk sta dit ook is voor hen en hun geliefden. Voor mijn vriendin in New York die als meisje met haar oudere zus drie jaar op een zolderkamer bij Enschede ondergedoken zat. De zusjes, door hun dappere moeder met zelf verzonnen verhaaltjes en liedjes in het Jappenkamp op de been gehouden. Een Groningse vriendin met een vader, een oud-verzetsman, voor de buitenwereld de geslaagde zakenman, maar thuis vaak gedeprimeerd en dagenlang geveld door knallende hoofdpijn. De nabestaanden van een vermiste verzetsman die altijd de achterdeur open hielden, je wist maar nooit."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl