Blanka Vas
NOS Wielrennen

Oranje-rensters pas op: 'Mijn naam? Blanka Kata Vas. En ik haatte veldrijden'

Voor wie het nog niet weet: ook in Hongarije kunnen ze aardig fietsen. Daar gaf Attila Valter (23) al blijk van in de Giro d'Italia dit jaar, door na zes dagen de roze trui te veroveren, maar bij de vrouwen timmert sinds enkele jaren ook iemand aan de weg: de 20-jarige Blanka Kata Vas.

Met een eerste wereldbekerzege op zak, afgelopen zondag in Overijse, trekt ze zaterdag zelfs de stoute schoenen aan om de Nederlandse heerschappij in de crosswereld om zeep te helpen. Ze wil in Drenthe Europees kampioen worden. En ze is bepaald niet kansloos, zo stelt haar coach bij SD Worx, Lars Boom.

Wie is dit Hongaarse talent?

Ooit haatte Blanka Vas veldrijden, nu is Booms pupil blikvanger bij EK

Ze stelt zich eerst netjes voor. "Blanka Kata Vas. Als mijn moeder mij roept, roept ze Blanka." Kata is haar tweede voornaam en Vas haar familienaam.

Op de vraag hoe Blanka Vas, 51 kilo zwaar en 1 meter 63 lang, terecht is gekomen in de crosswereld, stelt ze onomwonden dat ze de sport eerst bepaald niet kon appreciëren. "Ik haatte veldrijden."

Het was haar vader die haar meenam naar België. "Het was drie jaar geleden. Bij de junioren was er de Azencross", zegt ze, waarbij ze nog net niet een boerin met kiespijn imiteert. "Mijn vader zei dat het goed zou zijn voor mijn techniek. En dan had ik wat te doen in de winter."

Hart verpand

Haar hart had ze toen allang verpand aan de mountainbike. Een discipline waarbij ze, bijvoorbeeld, niet van de fiets af hoeft om stukken te lopen.

Ze droomde al jaren van deelname aan de Olympische Spelen van Parijs in 2024, op de mountainbike. Meedoen in Tokio dit jaar kwam als een verrassing. "Dat was geweldig. Ik hoopte op misschien een plek in de toptien, ik had nooit verwacht dat ik vierde zou worden."

Terug naar het veldrijden. Haar debuut bij die Azencross eind 2018 ging zo goed - ze werd derde tussen zestig leeftijdgenootjes - dat ze meteen een aanbieding kreeg.

Blanka Vas

De kleine ploeg Doltcini-Van Eyck had genoeg gezien. "Als je uit het buitenland komt en je wordt bij je eerste cross hier derde, dan zegt dat iets over je persoonlijkheid en je talent", zei teambaas Marc Bracke in 2019 over haar in Vlaamse media.

Ze was nog maar net 18 jaar, maar direct stond vast dat ze drie disciplines wilde gaan combineren. Want naast de mountainbike en de cross kan Vas ook op de weg nog eens goed uit de voeten.

Van der Poel

Zo werd ze in 2019 zevende op het WK voor junioren en een jaar later zesde bij het EK voor beloften. Die prestaties gaven bij de grootste ploeg op de weg, SD Worx, de doorslag haar direct voor twee jaar vast te leggen.

"Ze is een van de grootste talenten in het vrouwenwielrennen", zegt manager Danny Stam. "We willen haar in alle disciplines helpen ontwikkelen. Ze vertoont gelijkenissen met Mathieu van der Poel."

In juni maakte ook Lars Boom de overstap naar SD Worx en de voormalige wereldkampioen veldrijden werd meteen aan Vas gekoppeld.

"Wie zij is? Heel getalenteerd. Technisch heel begaafd", weet Boom inmiddels. "Verder is ze een bescheiden meisje, dat steeds beter Engels leert praten. Ze wil altijd hard werken, we moeten haar soms juist nog wat afremmen. Ze wil af en toe wat te veel doen."

In september, toen ze al begonnen was met de voorbereidingen op haar veldritseizoen, deed ze nog even mee aan de WK op de weg. Ze werd vierde.

Mes tussen de tanden

Dat ze de inhoud heeft staat buiten kijf. Boom wil haar vooral tactisch en mentaal nog het een en ander bijbrengen.

"Soms is ze nog bescheiden omdat er grote rensters als Vos en Brand meerijden. Daar heeft ze dan respect voor, en dat mag ook, maar ik heb haar gezegd dat ze beter pas na de koers respect kan tonen. Tijdens de koers wil ik graag zien dat ze met het mes tussen de tanden fietst."

Boom over supertalent en Hongaarse pupil Vas: 'Soms is ze nog te bescheiden'

Vas, die haar nieuwe trainer eerst even moest googlen om te weten wie hij ook alweer is, neemt de tips van Boom ter harte.

"Hij helpt me met veel kleine dingen. Hij zegt altijd dat ik agressiever moet zijn tijdens de wedstrijden. Dat ik te lief ben. Dat ik moet vechten voor posities tijdens races. Dat ik tijdens de race steeds vooraan moet rijden, bij de beste drie."

Vas werkt inmiddels ook aan de minder leuke aspecten van het veldrijden. "Mijn rennen is nog niet zo goed. Ik heb er nog moeite mee als ik de fiets op mijn schouder moet leggen. Daar helpt hij mij bij."

Rennen is er in Drenthe niet echt bij. Het is vooral een klimparcours. Gaan we daar het Hongaarse volkslied horen? Boom: "Tuurlijk kan ze winnen. Overijse was een hele lastige cross en die won ze. Het zal op de VAM-berg niet minder lastig zijn."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl