Een blik in de glazen bol: olympiërs om in de gaten te houden
De komende twee weken gaan duizenden atleten strijden om een plekje op de olympische erelijst, wat slechts weinigen gegund zal zijn. De Amerikaanse zwemmer Michael Phelps, de man met de meeste olympische medailles (28), is er niet meer bij, maar op wie moeten we wel gaan letten?
Onze commentatoren wagen zich aan een voorspelling, en dat resulteerde in dit geheel willekeurig lijstje van sporten.
Atletiek: Sifan Hassan
Voor atletiekcommentator Léon Haan is Sifan Hassan de sporter om naar uit te kijken. "Hassan is de topfavoriete op twee onderdelen, de 10.000 meter en de 1.500 meter." Ze heeft zich ook gekwalificeerd voor de 5.000 meter, waarop ze ook een favoriet is, maar gaat pas in Tokio zelf beslissen welke afstanden ze gaat lopen.
In 2019 behaalde de Nederlandse atlete van Ethiopische afkomst op de WK goud op beide afstanden, een unieke prestatie. "Ze lijkt nu nog sterker te zijn en doet sowieso mee voor olympisch goud."
Haar grootste concurrente op de 10.000 meter is Letesenbet Gidey uit Ethiopië. Het wereldrecord dat Hassan begin juni op die afstand liep, werd twee dagen later door Gidey alweer gebroken.
Zwemmen: Caeleb Dressel
Commentator Jeroen Grueter beschrijft Caeleb Dressel als "de meest talentvolle zwemmer na Michael Phelps." Verslaggever Martin Vriesema is het met Grueter eens. "Dressel wordt een van de smaakmakers op dit toernooi, hij is op dit moment de beste mannelijke zwemmer ter wereld."
De 24-jarige Amerikaan neemt een zeer imposant cv mee naar de Spelen. In november verbrak hij in één uur tijd twee wereldrecords en in 2019 verbeterde hij het wereldrecord van Phelps op de 100 meter vlinderslag. "Ik denk dat hij zes gouden medailles in Tokio kan winnen," zegt Grueter.
Dressel doet mee aan drie individuele onderdelen: de 50 en 100 meter vrije slag en de 100 meter vlinderslag. Hij zal ook aan drie of vier estafetteonderdelen meedoen.
Turnen: Simone Biles (hoe kan het ook anders)
Ze wordt door commentator Edwin Cornelissen omschreven als een "fenomeen" en een "grensverleggende turnster." Dat is niet voor niets. Simone Biles is de meest gedecoreerde Amerikaanse turner (de mannen meegerekend).
Als ze weer goud op de meerkamp wint, zoals in 2016 in Rio, wordt ze de eerste turnster in vijftig jaar die op dat onderdeel goud wint op twee achtereenvolgende Zomerspelen.
"Ze lijkt te spotten met de wetten van de zwaartekracht, zo indrukwekkend is haar sprongvermogen. Ze zoekt de uitdaging in het verleggen van grenzen. Ondanks haar 1 meter 42 steekt ze ver boven de rest van het veld uit", zegt Cornelissen.
"Het moet raar lopen wil zij na de Spelen niet met een goudvloot terug naar Amerika gaan."
Roeien: Karolien Florijn
Roeien is Karolien Florijn met de paplepel ingegoten. Haar moeder Antje is een voormalig toproeister uit Duitsland en haar vader Ronald heeft twee keer goud veroverd op de Olympische Spelen: in 1988 in Seoul in de dubbeltwee en in 1996 in Atlanta in de befaamde gouden Holland Acht.
Nu is het de beurt aan de 23-jarige dochter, volgens commentator Erik van Dijk.
"De Nederlanders behoren tot de favorieten in de vier-zonder en Karolien is een van de grootste talenten die we hebben. Ze heeft echt al een topsportmentaliteit en is op vroege leeftijd al erg prestatiegericht."
Judo: Teddy Riner
"Voorspellingen doe ik liever niet, maar van Teddy Riner durf ik toch wel te zeggen dat hij heel ver gaat komen," aldus commentator Kees Jongkind. "Het zou een sensatie zijn als hij geen goud wint."
Gedurende tien jaar en 154 wedstrijden was de Fransman Riner ongeslagen. Hij is de enige judoka ooit met acht wereldtitels en kan de tweede judoka worden met driemaal goud op de Spelen. Dat is alleen de Japanner Tadahiro Nomura nog maar gelukt.
Henk Grol vecht in dezelfde klasse als Riner (+100 kg) en Jongkind verwacht dat de Nederlander een medaille kan binnenhalen, maar het zal geen goud worden. "We gaan er eigenlijk allemaal vanuit dat die gouden plak toch naar Frankrijk gaat."
Baanwielrennen: Harrie Lavreysen
Pas in 2015 begon Harrie Lavreysen met baanwielrennen. Daarvoor was hij succesvol in het BMX, maar vanwege vele schouderblessures was hij genoodzaakt met die tak van de wielersport te stoppen.
Op de baan is Lavreysen inmiddels zes keer wereldkampioen geworden, waarmee hij recordhouder is in Nederland. En nu reist hij af naar Tokio als favoriet op de sprintonderdelen.
"Hij is de beste, hij is pure snelheid", omschrijft commentator Jeroen Koster de 24-jarige Brabander. "Hij gaat twee keer goud halen, misschien drie keer." Koster denkt dat Lavreysen voordeel heeft gehad van het uitstel van de Spelen. "Hij is nog jong, hij komt alleen maar meer in zijn kracht."
Lavreysen doet mee aan de sprint, teamsprint en keirin. Op de WK in 2020 won hij op alle drie de onderdelen goud: Harries Hattrick. Als hem dat op de Spelen ook zou lukken, evenaart hij de prestatie van de Britse renner Chris Hoy tijdens de Spelen van 2008.
Mountainbike: Loana Lecomte
In het mountainbiken heeft Nederland met Mathieu van der Poel een voorname medaillekandidaat. Wat betreft Jeroen Koster moeten we bij de vrouwen vooral letten op de 21-jarige Loana Lecomte. Pas vanaf haar vijftiende focust de Française zich volledig op het mountainbiken en net als Lavreysen maakt zij haar olympisch debuut.
Ook Lecomte heeft volgens Koster geprofiteerd van het extra jaartje training voor de Spelen. "Tokio zou vorig jaar te vroeg voor haar zijn geweest en nu komen de Spelen precies op tijd. Vorig jaar had ze misschien de selectie niet eens gehaald.
Intussen heeft ze vier WB-wedstrijden op rij gewonnen en is ze Frans kampioen. "Ze is de grote favoriete voor goud."
BMX: Mariana Pajón
De "koningin van het BMX," zo wordt de Colombiaanse Mariana Pajón genoemd. "Ze is de grote favoriet bij de vrouwen," zegt Koster.
Op negenjarige leeftijd behaalde Pajón haar eerste wereldtitel en nu, twintig jaar later, gaat ze voor haar derde olympische gouden medaille. "In een sport als BMX is drie keer olympisch goud echt een prestatie, omdat vallen en duwen zo'n groot deel uitmaakt van de sport. Een duw zit in een klein hoekje," zegt Koster.
Zeilen: Robert Scheidt
Er zijn genoeg Nederlandse zeilers op het water met medaillekansen; denk aan Kiran Badloe in het windsurfen of regerend olympisch kampioen Marit Bouwmeester in de Laser Radial-klasse.
Maar misschien is de opvallendste naam die van Robert Scheidt, afkomstig uit Brazilië. Hij doet op 48-jarige leeftijd voor de zevende keer mee aan de Olympische Spelen.
"Dat zegt wel iets over hoelang hij al aan de top staat", zegt commentator Ayolt Kloosterboer. "Als hij weer een olympische medaille pakt, zijn zesde, is hij de meest gedecoreerde zeiler aller tijden. En hij maakt goede kans, want zeilen is een ervaringssport."