NOS Nieuws

Opgravingen Sint-Eustatius bieden nieuw perspectief op slavernijverleden

  • Dick Drayer

    Correspondent Curaçao

  • Dick Drayer

    Correspondent Curaçao

"Als je graaft in de grond van Sint-Eustatius, graaf je in de geschiedenis", zegt Sherees Timber. Zij is een van de inwoners van het eiland die het verhaal van haar voorouders hoopt te vinden, nu archeologen een eeuwenoude slavenbegraafplaats hebben ontdekt. Mogelijk liggen er nog honderd skeletten.

De begraafplaats lag op de plek waar nu de luchthaven van Oranjestad ligt. Archeologen hebben inmiddels 53 skeletten opgegraven. De vondst is uniek. Nooit eerder werd zo'n begraafplaats van deze omgang ontdekt op een van de eilanden in het Caraïbisch gebied. Ook voor de inwoners van Sint-Eustatius is de vondst bijzonder. Mogelijk liggen er voorouders begraven. Onderzoek moet dat uitwijzen.

Kisten

Timber is enthousiast over de opgravingen en hoopt meer te weten te komen over haar voorouders: "Ik heb een foto van mijn overgrootmoeder, maar daar stopt het. Haar ouders, mijn over-overgrootouders, moeten de slavernij nog hebben meegemaakt."

Ze loopt met archeoloog en projectleider Ruud Stelten langs de opgravingen. Een team van twaalf archeologen is bezig met het minutieus vrijmaken van de gevonden skeletten.

"Opvallend is dat de meeste tot slaaf gemaakte mensen zijn begraven in kisten", zegt Stelten. "Het hout daarvan is vrijwel volledig vergaan en de resten van het deksel zijn op de lichamen gevallen. Die resten moeten minutieus verwijderd worden. Uit de vele spijkers die op en naast de skeletten liggen, leiden we af dat de meeste kisten uit tientallen panelen hebben bestaan, soms wel meer."

Begraven met hoofd naar links

Vrijwel alle skeletten liggen met het hoofd naar links begraven. Volgens Stelten is dat een christelijke traditie. "We hebben drie graven gevonden waarin de mensen niet zo liggen. Dat zijn graven zonder kist en daarin liggen mensen met afgevijlde tanden. Dat is een West-Afrikaans gebruik en was verboden door slavenhouders. Bij deze drie skeletten gaat het daarom vrijwel zeker om de eerste generatie tot slaaf gemaakten. Mensen die hier dus niet geboren zijn."

Sint-Eustatius werd in 1636 door Nederland gekoloniseerd. Het eiland dat in het noordoosten van het Caribisch gebied ligt, werd een belangrijke doorvoerhaven voor de regionale handel in suiker en tot slaaf gemaakten uit West-Afrika.

Verschillende universiteiten, waaronder Universiteit Leiden, hebben toegezegd mee te zullen werken met het bestuderen en analyseren van de overblijfselen om meer te weten te komen over het leven van de begraven individuen. Door middel van een dna-analyse wordt onderzocht waar deze mensen vandaan kwamen en met eiwitstudies wordt bekeken aan welke ziektes ze hebben geleden. Als de opgraving is voltooid en de dna-bank is aangemaakt, kunnen inwoners zich melden om te kijken of hun voorouders er begraven lagen.

De ontdekking van de begraafplaats biedt volgens archeologen daarom nieuwe inzichten in het leven van tot slaaf gemaakten vanuit hun eigen perspectief. De meeste verhalen zijn opgetekend door de mensen die aan de macht waren of de plantages beheerden.

Nieuw perspectief op slavernij

Ook Timber benadrukt het belang van andere perspectieven op het slavernijverleden. Niet alleen op Sint-Eustatius, maar ook in Nederland. "De tentoonstelling over de slavernij in het Rijksmuseum is bemoedigend. Het is een goed teken dat die geopend is door koning Willem Alexander. Dat betekent dat Nederland haar eerste stappen zet om de geschiedenis van de slavernij te verwerken."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl