Waterpoloërs verliezen kansloos van Kroatië op olympisch kwalificatietoernooi

De Nederlandse waterpoloërs hebben in hun tweede wedstrijd op het olympisch kwalificatietoernooi (OKT) een diepe buiging moeten maken voor Kroatië. De Kroaten, die in 2012 olympisch kampioen werden en vier jaar later olympisch zilver pakten, waren in Rotterdam met 25-8 te sterk voor de formatie van bondscoach Harry van der Meer.

Kroatië geldt als een van de favorieten op dit OKT en het krachtsverschil met Nederland was al snel duidelijk. Na het eerste kwart stonden de Kroaten op een 7-1 voorsprong. Nederland deed moedige pogingen tot aanvallen, maar onder anderen Jorn Muller en Jesse Koopman vonden een sterk keepende Marko Bijac op hun weg.

Thomas Lucas, die in de eerste wedstrijd tegen Duitsland twee keer trefzeker was, wist wel te scoren en nam de eerste twee doelpunten van Nederland voor zijn rekening.

Ook Koopman, Bilal Gbadamassi, Guus van IJperen (2x), Pascal Janssen en Robin Lindhout kwamen nog tot scoren, maar het was niet genoeg tegen de sterke Kroaten.

"We hebben een paar goede aanvallen laten zien, maar de verdediging was veel te passief en compact", was de analyse van bondscoach Van der Meer na de wedstrijd. "Je hoopt toch dat het wat dichter bij elkaar zit, dus dit is wel even zuur. We moeten deze wedstrijd snel vergeten en focussen op morgen."

Ook doelman Eelco Wagenaar sprak de hoop uit tegen de Roemenen beter spel te laten zien. "Dit is niet wie wij zijn, we kunnen beter dan dit en dat gaan we vanaf morgen gewoon weer laten zien."

Drie olympische tickets

De eerste wedstrijd van het toernooi won Oranje knap met 11-10 van het iets sterker geachte Duitsland. Nederland moet in een poule van zes bij de eerste vier eindigen om naar de kwartfinales te gaan. Er liggen in Rotterdam drie olympische tickets klaar.