Geld voor medisch specialisten blijft op de plank liggen
De subsidie waarmee medisch specialisten in loondienst kunnen worden genomen, is de afgelopen twee jaar nauwelijks aangesproken. In 2017 en 2018 hebben twee artsen gebruik gemaakt van de regeling.
Artsen die een eigen bedrijf hebben maar in dienst willen treden van een ziekenhuis , kunnen een beroep doen op de subsidie. Per persoon kunnen ze 100.000 euro krijgen.
Het ministerie van Volksgezondheid heeft in totaal 10 miljoen euro beschikbaar gesteld, in de veronderstelling dat meer artsen belangstelling zouden hebben. Maar dat geld ligt dus voor het grootste deel nog op de plank.
Aantrekkelijk
Voor de overheid is het aantrekkelijk dat artsen in loondienst zijn. De kosten van artsen in loondienst zijn lager dan voor artsen die bijvoorbeeld in een maatschap zitten.
Oud-minister Schippers stelde de subsidieregeling in 2015 in. Met het geld konden zogeheten vrijgevestigde medisch specialisten worden overgehaald om in loondienst te komen. Het zou de kosten van het opgeven van het eigen bedrijf moeten opvangen.
In het eerste jaar maakten 449 specialisten gebruik van de subsidie. Het jaar erna daalde dat aantal al naar 16.
Over de streep
Het ministerie besloot in 2017 nog eens 10 miljoen euro vrij te maken om specialisten over de streep te trekken. Maar in dat jaar was er maar een arts die een aanvraag deed. Ook in 2018 maakte er maar een specialist gebruik van.
De huidige minister voor Volksgezondheid Bruins weet niet waarom er maar zo weinig aanvragen binnenkomen. Hij laat er onderzoek naar doen.
Dit jaar loopt de subsidieregeling af. Artsen die er nog gebruik van willen maken kunnen tot 1 maart een aanvraag doen.
Nederland telt ruim 20.000 medisch specialisten. Volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek is meer dan de helft daarvan in loondienst bij een ziekenhuis of zelfstandig behandelcentrum. 8000 medisch specialisten werken voor zichzelf en ruim 2000 combineren de twee vormen.