Nederlandse wereldtitel? 'We hebben renners die zo'n steile klim aankunnen'

Het wordt flink klimmen geblazen vandaag in Innsbruck en omgeving. De kans dat Peter Sagan voor de vierde keer op rij de wereldtitel op de weg pakt, is gezien de lastige finale bijzonder klein. Hoe liggen de kansen voor Nederland?

Bondscoach Thorwald Veneberg is optimistisch. "Of een Nederlander die laatste schifting kan overleven? Ja!", klinkt het volmondig.

Afgaande op de algemene opinie onder wielervolgers is het eerder: nee. 'We' hebben geen grote favoriet in huis. En Tom Dumoulin zei aan de vooravond dit: "Ik heb nog nooit topvijf gereden in een grote klassieker. Ik denk dat het heel moeilijk wordt, maar ik laat mezelf graag verrassen."

Veneberg ziet ondertussen genoeg kansen voor zijn achtkoppige selectie op het 253 kilometer lange parcours door het Oostenrijkse Tirol. Hij ging vrijdag met zijn renners de finale verkennen, waarin ook de Gramartboden is opgenomen. Een klim met de bijnaam 'Höll' (hel), die bijna drie kilometer lang is met een maximaal stijgingspercentage van 28 (!).

"Ik kon er gelukkig in een keer omhoog. Maar ik had me niet goed voorbereid, ik had niet hetzelfde verzet als de jongens. Zij hebben 39/30, ik had slechts 39/26. Dus het werd een krachttraining voor mij."

'Ze komen één voor één binnen'

Wie Veneberg ook spreekt, hij hoort het telkens terugkomen: "Hij is wel écht steil. Iedereen kijkt er met ontzag naar. Mochten er nog wat renners bij elkaar zijn vóór die klim, dan gaat die klim voor de laatste schifting zorgen. Ik denk dat ze één voor één binnen komen. Iedereen moet het uit z'n tenen halen in de finale."

Maar nu de hamvraag: heeft Nederland renners die de laatste schifting zullen overleven? "Ja!", klinkt het volmondig. "We hebben renners die zo'n steile klim aankunnen. Zeker."

Poels en Mollema wachten, Dumoulin anticipeert

Veneberg denkt dan aan Poels en Mollema. Zij hebben al aangegeven dat ze willen wachten tot de slotklim en hun krachten willen meten met favorieten als Julian Alaphilippe, Primoz Roglic en Michal Kwiatkowski. En de rest? "Tom wellicht ook. Maar dat is afhankelijk van hoe de wedstrijd verloopt. Als hij zich goed voelt en de situatie in de wedstrijd is gunstig, dan zou hij ook voor die slotklim weg kunnen zijn."

Drie anderen krijgen de opdracht om vlak voor de finale iets te proberen: Steven Kruijswijk, Wilco Kelderman en Sam Oomen. Mocht er in het begin van de wedstrijd een grote groep wegrijden, is het aan Pieter Weening en Antwan Tolhoek om mee te zijn.

Analist Danny Nelissen denkt dat de meeste kanshebbers maar aan één scenario denken. "Het wordt wachten, wachten, wachten, wachten. En dan op het juiste moment aanvallen."

'De helft wil niet wachten'

Veneberg denkt dat het twee kanten op kan. "Tot nu toe op dit WK kwamen de winnaars steeds uit de vroegere aanvallen. Maar het nadeel van zo'n zware klim in het laatste gedeelte van het parcours, is inderdaad dat veel renners zullen wachten. Alleen denk ik dat maar de helft van het peloton dat zal doen. De andere helft zal er juist niet op willen wachten."

Tijdens zijn verkenning van vrijdag viel Veneberg nog iets op. "In de afdaling kwamen we Valverde tegen. Hij was met de Spaanse ploeg juist op zoek naar de klim. Nou, hij zag er erg ontspannen uit. Wat je weleens ziet bij een renner die al het hele jaar koerst, is dat de fut er een beetje uit is. Nou, dat zag ik bij hem niet. Maar volgens mij heeft hij het altijd naar z'n zin als hij op een fiets stapt."

38 jaar en hij heeft 'm?

Met die laatste naam is gelijk de laatste topfavoriet genoemd: Alejandro Valverde. De Spanjaard, die al zes keer op het WK-podium stond maar nog nooit won, is volgens velen de te kloppen man. Zijn leeftijd? 38 jaar. Even oud als die laatste Nederlandse wereldkampioen, Joop Zoetemelk.