AS Trencín gaat Feyenoord met Nederlandse invloeden te lijf
Het wedstrijdformulier van AS Trencín zou nauwelijks opvallen in de Nederlandse competitie. De nodige buitenlandse namen, maar ook gewoon Joey Sleegers, Philippe van Arnhem en Desley Ubbink, terwijl achter de naam van Aschraf El Mahdioui eveneens een rood-wit-blauw vlaggetje prijkt.
Niks bijzonders. Ware het niet dat Trencín niet in de ere- of eerste divisie uitkomt, maar speelt in de Fortuna Liga van Slowakije en vanavond gastheer is van Feyenoord in de derde voorronde van de Europa League.
Het zijn bepaald niet de eerste Nederlandse namen die in de selectie van de in 1992 als Ozeta Trencín opgerichte club opduiken. Om maar wat willekeurige voorbeelden te noemen: al in 2008 verruilde Danny van Rhee amateurhoofdklasser TONEGIDO voor Trencín en ging ook voormalig Heracles-speler Thijs Sluijter voor de Slowaakse club voetballen, terwijl in januari 2015 Ryan Koolwijk - nu Excelsior - tekende bij de club van - jawel - Tscheu La Ling.
Waarmee de link met Nederland in één klap is verklaard. De oud-buitenspeler van onder andere Ajax en Feyenoord, is sinds 2007 eigenaar van AS Trencín.
De Hagenaar, die veertien keer uitkwam voor Oranje, had met zijn bedrijf in voedingssupplementen een vermogen opgebouwd en zag wel brood in de Slowaakse club, die bepaald geen hoogvlieger was in eigen land. Sterker, aan het eind van het seizoen 2007/2008 stond Trencín op een degradatieplaats.
Stroomopwaarts
Het duurde een paar jaar, voordat het verloren terrein was goedgemaakt, maar vanaf de promotie in 2011 ging het stroomopwaarts met de club. Dankzij de derde plaats in de competitie mocht Trencín in 2013 voor het eerst zijn opwachting maken op het Europese podium, al bleef het toen wel in de voorronde van de Europa League steken.
De opmars zette zich de daaropvolgende jaren echter voort en in mei 2015 veroverde Trencín onder trainer Martin Sevela eerst de nationale beker en een paar weken later ook de eerste landstitel. Dat huzarenstukje wisten de mannen van de succescoach in 2016 zowaar te herhalen.
En dus mag Ling zich inmiddels de bezitter noemen van een heuse topclub. Tenminste, naar Slowaakse begrippen. En dat zonder spelers te kopen, liet de 62-jarige Hagenaar zich onlangs niet zonder trots in De Telegraaf ontvallen.
Trencín richt zich op transfervrije voetballers "met een krasje", zoals Ling het omschrijft. Spelers die elders hun kansen hebben vergooid en in Slowakije hun carrière weer op de rails proberen te krijgen.
Eigen talent
Maar er is ook ruimte voor eigen talent. Neem Matus Bero, de middenvelder die vanuit de jeugd van AS Trencin doorstoomde naar de hoofdmacht, in 2016 voor 2,5 miljoen euro verkaste naar het Turkse Trabzonspor en sinds kort zijn brood verdient in Nederland bij Vitesse.
Of er met het Nederlandse contingent spelers nu ook op Europees gebied wat in het vat zit, moet gaan blijken in de tweestrijd met Feyenoord. In de eerste twee voorronden werd afgerekend met Buducnost Podgorica uit Montenegro en het Poolse Górnik Zabrze.
Jong en hongerig
Die succesjes heeft de nieuwe trainer Ricardo Moniz - ook al een Nederlander - alvast binnen. De 54-jarige Rotterdammer is een fan van de kappen-en-draaien-oefenstof van Wiel Coerver, en net als zijn baas een Cruijff-adept. Fris en aanvallend voetbal wil hij zien, als het even kan. "Onze spelers zijn jong en hongerig", waarschuwde hij al de komende tegenstander uit zijn geboortestad.
De Rotterdamse horde zou echter weleens te hoog kunnen zijn, keek een realistische Ling al vooruit op de confrontatie met zijn voormalige werkgever. "Normaal gesproken worden we uitgeschakeld. Maar als Feyenoord twee slechte dagen heeft..."
