Huurders financieel in de knel
Huurders blijven vaker langere tijd financieel in de knel zitten. Dat blijkt uit onderzoek van het Planbureau voor de Leefomgeving. In 2012 had 37 procent van de huurders al vier jaar niet voldoende geld voor de vaste lasten, in 2015 was dat percentage opgelopen tot bijna 55 procent.
De totale groep huurders met een betaalrisico, wiens inkomen niet hoog genoeg is om de vaste lasten en het levensonderhoud te kunnen betalen, is in die periode gestegen van 12 naar 18 procent. Dat getal maakt het Planbureau al eerder bekend.
Het gaat om mensen die moeite hebben met het betalen van vaste lasten als bijvoorbeeld huur, water en gas en licht. Ook kunnen ze nauwelijks voeding en kleding kopen.
Bijstandsniveau
Frans Schilder, onderzoeker van het planbureau, denkt niet dat deze groep binnenkort kleiner wordt. "Het inkomen van deze huurders zit op of rond bijstandsniveau. De problemen verdwijnen alleen als hun inkomen stijgt. Maar lang niet iedereen heeft zicht op een baan."
Dat de groep huurders met problemen steeds groter wordt, komt volgens Schilder door het verliezen van een baan of door echtscheiding. Ook stegen de woonlasten. Daar komt volgens hem bij dat er de afgelopen jaren behoorlijk is bezuinigd op huursubsidie. "Het aantal goedkope sociale huurwoningen (tot 414 euro) daalde in 15 jaar tijd van 29 naar 19 procent."
Volgens het Planbureau laten de cijfers zien dat het goed is dat corporaties sinds 2016 woningen moeten toewijzen die passen, en geen te dure huurwoningen aan arme mensen mogen aanbieden.
De roep om een uitzondering te maken voor jongeren, die 'scheef wonen' als hun inkomen stijgt, noemt het Planbureau onverstandig. Die jongeren betalen relatief weinig huur, als ze meer gaan verdienen. De overheid kan volgens het Planbureau beter kijken of ze een tijdelijk huurcontract, of een tussentijdse inkomenstoets kunnen krijgen.