De jongeren in Italië staken niet
Italiaanse vakbonden protesteren vandaag tegen plannen van de regering-Renzi om de arbeidsmarkt open te breken. Zo moet het voor jongeren gemakkelijker worden om aan de slag te komen en moet een eind komen aan tijdelijke contracten. Maar jongeren zelf hebben er geen enkel vertrouwen in. Niet in de regering, noch in de vakbonden.
Georgio di Angelis, 29 jaar. Radiopresentator. Telefonist. Administratief medewerker. Inkomen 750 euro per maand
"Mijn arbeidssituatie is ronduit precair. Het is niet alleen omdat ik geen vast contract heb. Mijn probleem is dat ik nooit weet wat de dag van morgen brengt. Ik heb een los contract bij het radiostation, waar ik een programma presenteer. Als ik keelpijn heb waardoor ik mijn werk niet kan doen word ik niet betaald.
Ik heb er meer dan eens over gedacht om Italië te verlaten en ik spreek ook vrij goed Engels. Maar iets zegt me dat ik mijn toekomst in mijn eigen land, in Italië wil opbouwen. Maar alles zit potdicht. Wij zijn van de generatie die opgroeide in grote welvaart. Maar die nu geen kant op kan. Geen werk. Alleen tijdelijke baantjes, die soms drie maanden duren. Of soms zes maanden.
Maar dat is geeneens het probleem. Met het geld dat we verdienen, valt geen toekomst op te bouwen. De enige oplossing is drie baantjes naast elkaar te hebben. En die baantjes doe je allemaal slecht, omdat je je nergens echt goed op kunt concentreren. Ik zie niemand, niemand, geen politicus, geen vakbond, die zich druk om ons maakt.
Over de staking en de vakbondsprotesten van vandaag kan ik geen zinnig oordeel geven. Ik liep een paar keer mee met demonstraties. Die bonden vertegenwoordigen een oudere generatie van werknemers. Het lijkt alsof ze zich enorm druk maken. Maar uiteindelijk verandert er niets. Dat is het drama van Italië."
Luciana Luccini, 38 jaar. Kapster. Hondenoppas. Muzikant. Inkomen 650 euro per maand
"Met mijn inkomen zie ik geen toekomst. Het is simpelweg nooit voldoende om alle lasten te kunnen betalen. En als ik om me heen kijk is de situatie voor mijn vrienden hetzelfde. De een heeft het iets beter, de ander iets minder. Iedereen zit met tijdelijke baantjes, gedeeltelijk zwart uitbetaald. In Italië worden haast geen kinderen meer geboren.
De verklaring is simpel. Iedereen heeft moeite om zijn hoofd boven water te houden. Een enkeling lukt het en haalt een vast contract binnen. Maar dat lukt alleen als je ouders je helpen een bedrijf binnen te komen. Of als je de juiste contacten hebt.
Ik verzet me tegen de gedachte dat mijn generatie een verloren generatie is. Mijn generatie is overgeleverd aan politici die niet in staat zijn om ons uit het dal te halen. We krijgen geen kansen om te werken, geen kansen om inkomsten te krijgen waardoor we gewoon kunnen leven. Dat is het probleem. Al twee decennia lang wordt Italië kapot gemaakt.
Ik stem niet meer, omdat ik niet langer voor de keus wil staan om de minst slechte partij te kiezen. De vakbonden en hun protesten vertrouw ik net zo min. Ik zie vakbondsleiders die alleen maar aan hun eigen hachje denken, maar intussen geen enkel idee hebben hoe wij werkelijk aan de slag kunnen komen. Soms denk ik aan de jongeren die na mij komen. Hoe gaan zij overleven?"
Valentina Farinaccio, 34 jaar. Babysitter, schoonmaakster, redactrice. Inkomen 1000 euro per maand
"Vast werk bestaat niet meer in Italië. Je wordt alleen nog maar ingehuurd voor tijdelijke projecten, voor kortlopende contracten. Voor zoveel mensen om me heen is de situatie uitzichtloos.
Ik kan er triest van worden, omdat er ook weer niet zoveel geld voor nodig is om veel beter af te zijn. Ik praat er wel eens over met vrienden die jonger zijn dan ik. Ga toch naar het buitenland, ga weg uit Italië, zeg ik altijd tegen ze.
Weet je wat het is? We zijn allemaal goed opgeleid. We hebben allemaal de beste papieren. We zijn allemaal bereid de handen uit de mouwen te steken. Maar er is plek voor niemand. Het werd afgelopen jaren alleen maar slechter. Regeringen komen en gaan. Maar er verandert helemaal niets. Ik zie de televisiejournaals. En zie politici die allemaal dezelfde dingen zeggen: Er is crisis. We komen eruit. Nog even doorbijten.
Maar het wordt echt niet beter. De plannen van de regering om de arbeidsmarkt open te breken zullen niets opleveren. Geloof me, ik zou er optimistisch over willen zijn. Maar ik zie het gewoon niet. Ik ben zelf ook al haast te oud om nog mee te maken dat de situatie door nieuwe wetten ook voor mij beter wordt.
Ik ga zeker niet staken, want dan verlies ik een dag inkomsten. Werkelijk - eerst moet deze verschrikkelijke economische crisis voorbij zijn. Pas dan zou er iets kunnen veranderen."