Op het dek van het schip staan auto's en ambulances klaar
NOS Nieuws

'Ebola-schip is net parkeergarage'

  • Maino Remmers

    Verslaggever

  • Maino Remmers

    Verslaggever

Op de kade in Den Helder, bij marineschip Karel Doorman, flitsen oranje zwaailichten en een marinegrijze kraan hijst aan de lopende band containers aan boord. De binnenkant van de Karel Doorman oogt als een parkeergarage. Het dek staat vol met witte busjes en terreinwagens en enkele ambulances, brandweerwagens en blauwe busjes van het Belgische Ministerie van Binnenlandse Zaken. Vanmiddag vertrekt het schip naar West-Afrika om hulpgoederen te brengen in de strijd tegen ebola.

De Karel Doorman is het grootste Nederlandse marineschip ooit en kan een 2 kilometer lange file aan voertuigen vervoeren. "Er is vooral behoefte aan transportmiddelen", zegt Stefjan Vaatstra, hoofd van de Operationele Dienst op het gloednieuwe schip. "Als een auto een patiënt heeft vervoerd, is die een tijdje onbruikbaar. Zo'n auto moet ontsmet worden".

In de containers zitten laarzen, ontsmettingsmiddelen, pakken, handschoenen en verbrandingsovens. "Een patiënt met ebola produceert een kuub afval per dag. Alle kleding, beddengoed moet worden verbrand net als delen van de gebruikte isolerende pakken."

We kunnen drie patiënten met ebola verzorgen. Op de grond staan groene, oranje en rode lijnen die precies de gevarenzone aangeven.

Scheepsarts Weening

Dit is de eerste echte missie voor het schip en op het laatste moment zijn er nog aanpassingen aangebracht. De ziekenboeg heeft een quarantaineafdeling en speciaal voor deze reis zijn op de vloeren markeringen aangebracht. Scheepsarts Weening: "We kunnen drie patiënten met ebola verzorgen. Op de grond staan groene, oranje en rode lijnen die precies de gevarenzone aangeven."

Behalve de scheepsarts gaan ook een tandarts en tien verpleegkundigen mee. In West-Afrika moeten die in principe allemaal op het schip blijven. De arts en verpleegkundigen zijn in eerste instantie bedoeld voor het eigen personeel, als dat bij het laden en lossen in contact is gekomen met de lokale bevolking. "De kans op besmetting is uiterst klein", zegt Weening.

Toch moet het voor een arts een raar idee zijn om in een gebied te werken waar zoveel mensen doodziek zijn, terwijl hijzelf aan boord moet blijven. "Als iemand op de kade ernstig ziek wordt, nemen we hem niet aan boord. Wij zullen dan aan wal gaan en de eerste zorg verlenen, daarna dragen we hem over aan de lokale hulpdiensten", zegt de scheepsarts.

Getraind met verf

Het medisch team aan boord heeft een complete training achter de rug, waarbij net zoals in het Erasmus Universitair Medisch Centrum in Rotterdam is geoefend met blauwe vingerverf om te leren hoe speciale pakken aan en uit moeten. De verf maakt zichtbaar wat allemaal is vastgepakt en waar dus besmetting kan optreden.

De werkruimtes op de Karel Doorman kunnen hermetisch worden afgesloten van de buitenwereld. Het moet een griezelig gevoel zijn voor een zieke om in een soort kluis te liggen, met louter mensen in maanpakken om het heen, zegt een verpleegkundige. "Het is dan ook belangrijk dat we goed contact houden met de patiënt, omdat die zich heel eenzaam kan voelen."

De reis zal ongeveer drie maanden duren, maar kan zo nodig worden verlengd als er meer materieel moet worden vervoerd. Die kans is wel aanwezig want ebola verspreidt zich nog steeds in West-Afrika.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl