Het Tourpeloton over de kasseien in 2018
NOS Wielrennen

Etappe 5: Kasseien in de Tour 'leuk, maar vooral voor de televisiekijker...'

"Het wordt leuk", zegt Tadej Pogacar met een kleine glimlach. "Zeker voor de mensen die naar de televisie kijken..."

Al sinds de bekendmaking van het parcours van de 109de Ronde van Frankrijk wordt er uitgekeken naar de etappe van vandaag. Elf kasseistroken liggen de renners te wachten, allemaal in de laatste 73 kilometer van de etappe van Lille naar Arenberg.

De renners hoeven niet door het Bos van Wallers of over Mons-en-Pévèle of Carrefour de l'Arbre, de zwaarste stroken van de voorjaarsklassieker Parijs-Roubaix. Maar toch, met bijna twintig kilometer aan kasseien is het een etappe waar de renners uitgesproken vrees voor hebben of zin in hebben.

Het profiel van de vijfde etappe van de Tour

Pogacar maakte in april niet voor niets zijn opwachting in de Ronde van Vlaanderen. En hoe, hij deed tot de laatste honderden meters mee om de winst. En Primoz Roglic liet zich een paar weken eerder zien in de Franse kasseienwedstrijd Grand Prix de Denain.

Kasseien zijn, nog meer dan bij (mogelijke) waaiervorming, een garantie op spektakel. Rijden over de steentjes is een kunst op zich, behendigheid en geluk vechten om voorrang, want materiaalpech ligt continu op de loer.

Daarom is de wielerwereld ook niet onverdeeld enthousiast over kasseienetappes in grote rondes, want een lekke band of kapotte fiets op het verkeerde moment kan ook bij een renner in topvorm tot minuten tijdverlies lijden.

Degenkolb en Boom triomferen op kasseien

Vier jaar geleden ging het Tourpeloton voor het laatst over kasseien. In een etappe met finish naast de wielerbaan van Roubaix zegevierde John Degenkolb, vier jaar nadat Boom een kasseienrit naar Arenberg had gewonnen.

De toenmalige renner van Belkin, de voorloper van Jumbo-Visma, had zijn zinnen vooraf al gezet op die rit in het noorden van Frankrijk. "Als klassiekerrenner had ik mijzelf voorgenomen die dag voor mijzelf te rijden. Dus ik stond met ambitie aan de start."

Lars Boom in 2014 op de kasseien in de Tour

Daarbij hielp het dat de regen met bakken uit de lucht kwam en het parcours spekglad maakte. "Dat paste mij eigenlijk alleen maar beter. Als veldrijder ben je dan in het voordeel omdat je meer durft op de fiets. Je bent wat technischer en die techniek komt in zo'n rit bovendrijven. Dus ik stond met veel zelfvertrouwen aan de start."

Nog vóór de kasseienstroken zich aandienden zorgde het natte wegdek voor valpartijen, die bijvoorbeeld een einde maakten aan de Tour van Chris Froome. Boom daarentegen bleef op de been en maakte deel uit van een sterke kopgroep.

Voor hem was het zaak te wachten met aanvallen, tot de laatste stroken. "Ik kon die dag volgen. Pas in de finale hoefde ik uit mijn hol te kruipen. Dat heb ik de voorlaatste strook gedaan."

Kasseien in de Tour van 2014: Heroïsche zege Boom, gouden greep Nibali dankzij Westra

De kopgroep dunde uit tot vier man. Naast Boom bestond de groep uit Vincenzo Nibali, die in de kasseienrit de basis legde voor zijn latere Tourzege, Jakob Fuglsang en Lieuwe Westra. Op de laatste strook ontdeed de superieure Boom zich van zijn medevluchters om solo over de streep te komen in Arenberg. "Bij de finish stonden mijn ouders, mijn vrouw, mijn kinderen. Dat was zo bizar."

'Met beide handen aangepakt'

Boom loste met zijn heroïsche ritzege een belofte in. "Als renner wil je etappes in de grote rondes winnen. Voor het type renner, dat ik was, is dat heel lastig. Ik was klassiekerrenner, dus ik moest het hebben van ontsnappingen in sprintersritten, of een semi-bergachtige rit waar ze je een vrijgeleide geven. Of een rit als deze, en die komen niet veel voor. Dus ik heb deze kans met beide handen aangepakt."

Met zijn ritzege maakte Lars Boom een einde aan een leegte van negen jaar. De laatste Nederlandse etappezege, van Pieter Weening, dateerde van 2005. "Ik heb nooit een klassieker mogen winnen. Wel heb ik ooit mogen sprinten om de overwinning in Parijs-Roubaix, toen werd ik vierde. Maar die ritzege in de Tour maakt dat wel een beetje goed. Dat heeft het mij gebracht."

Bij geen enkele andere etappe, behalve misschien de tijdritten, is materiaalkeuze van zo'n groot belang als bij de kasseienetappe. Bij Trek-Segafredo rijden de renners vandaag met banden die zo'n zes millimeter breder zijn dan normaal: 34 om 28 millimeter.

"Dat is vooral voor het comfort, maar je kunt er ook harder over de kasseien mee rijden, want je hebt meer grip", zegt Koen de Kort, oud-renner en tegenwoordig support manager bij Trek.

Breder en nog breder

"Wij rijden normaal al met redelijk brede banden", zegt De Kort over de 28-millimeterbanden. "Veel ploegen rijden met banden van 25 of 26 millimeter. En dat is al breder dan het vroeger was toen ik net begon als prof, toen reden we met 21 tot 23 millimeter breed."

Rijden op kasseien: breedte van banden en luchtdruk zijn cruciaal

Ook de druk in de banden wordt aangepast. "Veel ploegen rijden tubeless, dat zijn banden zonder binnenband, maar met een melkachtige substantie die gelijk weer wordt dichtgemaakt als je een gaatje hebt. Daar rijden we vandaag ook op. Waar we normaal gesproken met ongeveer zes bar rijden, zit iedereen nu onder de vier bar."

Maar nog veel belangrijker dan de druk in de banden is de druk in het hoofd van de renners. Want wat er ook gebeurt op de kasseien, wie in de chaos de rust en het overzicht houdt, heeft een goede kans als winnaar uit het stof te komen.

Bekijk hieronder de vooruitblik van Herman van der Zandt op de etappe van woensdag:

Etappe 5: Jean Stablinski en de fietspaden rond Arenberg die zijn moeder altijd gebruikte

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl