'De oorlog is geëindigd. Verheugt u!'
Op bevel van de Nederlands-Indische regering zijn strooibiljetten uitgegooid boven de bevrijde kolonie. "Inwoners van Indonesië: De oorlog is geëindigd", valt er te lezen. "Verheugt u, ook al zult u teleurgesteld zijn dat het enige tijd vorderen zal voor de geallieerden in voldoende getale overal in de archipel aanwezig kunnen zijn, om de Japanners gevangen te kunnen nemen".
"De voetgangers kijken allen naar boven", vertelt een correspondent van Het Vrije Volk, die in een van de vliegtuigen zat die de strooibiljetten verspreidde. "Niemand doet een poging om te gaan schuilen, met uitzondering van een Japanse legerauto. Die ging er plotseling met een vaart vandoor. Ook snelden een paar Japanse soldaten een gebouw binnen."
Het vliegtuig van de correspondent strooide biljetten uit in de buurt van Soerabaja. "Op de wegen reden of liepen de Indonesiërs heel rustig", aldus de correspondent. "Enkelen begonnen bij het zien van de onder de vleugel geschilderde Nederlandse kleuren te wuiven."
Orde en rust
"De Japanners zijn verplicht orde en rust te handhaven totdat de geallieerde bezettingstroepen en de wettige regering zijn aangekomen", aldus de opperbevelhebber van het Nederlands-Indische leger. "De bestuursdiensten moeten voortgaan, de politie moet plunderaars en dieven arresteren, openbare diensten als elektriciteit, waterleiding, telefoon, telegraaf en transport moeten voortgezet worden."
Op 15 augustus erkende de Japanse keizer Hirohito zijn nederlaag. Hoewel de capitulatie nog niet officieel is, lijkt de oorlog in Nederlands-Indië hiermee voorbij te zijn.
De Japanners in Nederlands-Indië hebben het bevel gekregen krijgsgevangenen en geïnterneerden vrij te laten en hen bovendien goed te behandelen. Ook zijn de Japanners verantwoordelijk voor het onder controle houden van de eigen troepen.
Het wordt de bevolking van Nederlands-Indië op het hart gedrukt om vooral voedsel en goederen te produceren. Onnodige gewassen - zoals djarak - hoeven niet meer verbouwd te worden. De Japanners hadden opdracht gegeven die plant te verbouwen omdat de geperste zaden ervan een surrogaat-olie opleverden; onmisbaar toen ze hun aardoliebronnen kwijtraakten door de geallieerde opmars. Dat de inheemse bevolking daardoor met voedseltekorten kampte namen ze voor lief.