Bemanning verlaat het schip · Ons Vrije Nederland

Bleekneusjes aan ramp ontsnapt

Het Nederlandse passagiersschip Christiaan Huygens is enkele kilometers uit de kust van Vlissingen op een zeemijn gelopen. Het luxeschip raakte zwaar beschadigd en dreigt te zinken.

Een opvarende wordt vermist, een olieman. De ramp had echter veel groter kunnen zijn: de Christiaan Huygens was van Antwerpen op weg naar Rotterdam om Nederlandse kinderen op te halen voor een reis naar Engeland.

De Huygens werd rond het middaguur getroffen door een zware explosie, die het hele schip uiteen leek te rijten. Dekken werden ontzet en in het hele schip viel het licht uit. Het bleek dat een mijn een groot gat in de machinekamer heeft geslagen.

Van paniek was geen sprake.

Stuurman Peterse

De pompen konden het binnenstromende zeewater niet wegkrijgen, dus besloot te kapitein te proberen het schip op een zandbank te stabiliseren. De meeste van de 290 opvarenden kregen opdracht het schip met reddingsboten te verlaten.

"Van paniek aan boord was geen sprake", zegt stuurman Peterse. "Zowel de bemanning als de passagiers hielden zich volmaakt rustig, waartoe de kalme zee en het mooie weer in aanzienlijke mate meewerkten."

De reddingsloepen werden opgepikt door het vrachtschip Tiba, dat in de buurt was. Er werden negen gewonden aan wal gebracht, van wie er twee naar het ziekenhuis moesten.

Palissander, marmer, onyx

De Huygens is in 1928 gebouwd voor reizen naar Nederlands-Indië. Met zijn 168 meter lengte en 16.000 ton was het het grootste schip dat ooit in Nederland werd gebouwd. Het werd in de pers een zeekasteel genoemd, waarvan de twee schroeven 5,5 meter groot en 13.000 kilo zwaar zijn.

Passagiers genoten van de weldadige kamers, leeszaal, eetsalon en gymnastiekruimte aan boord. Alles was luxueus afgewerkt met palissanderhout en gevlamd teak, marmeren reliëfs, tinnen inlegwerk en onyx lampdragers. "Welk een luxe. De stoutste verwachtingen overtroffen", jubelde De Indische Courant.

Tijdens de oorlog werd het schip ingezet voor troepenverplaatsingen. Zo werd het gebruikt bij de geallieerde invasies van Noord-Afrika en Italië.

Nu er voor de oorlog geen troepenverplaatsingen meer nodig zijn, was de Huygens op weg naar Rotterdam om honderden bleekneusjes op te halen, die op het Engelse platteland mogen aansterken. Hoe zij nu de reis moeten maken, is nog niet bekend.

Afgevallen

Een groep Rotterdamse kinderen had eerder al een teleurstelling moeten verwerken. Ook zij zouden met de Huygens de oversteek maken, totdat de organisatoren zich realiseerden dat ze bij het vaststellen van het aantal opvarenden geen rekening hadden gehouden met de 300-koppige bemanning.

Omdat kinderen uit Amsterdam en Den Haag eerder waren aangemeld, vielen de Rotterdammertjes af voor deze reis. Het Vrije Volk noemt het bijzonder bitter dat juist kinderen uit de haven van vertrek achter moeten blijven. "Dat was wel heel erg sneu."

De krant onderstreept dat "men hier met jonge, levende kinderen te doen heeft en niet met stukgoed dat men kan laten liggen wanneer een schip het toevallig niet kan meenemen". Niet alleen hadden de kinderen zich verheugd op de reis, ook 150 man personeel stond al startklaar.

"De verantwoordelijke mensen hebben waarschijnlijk niet begrepen hoe een groot stuk werk zij door hun onvoldoende voorbereiding hebben vernietigd, maar vooral hoeveel leed en verdriet zij in talloze gezinnen hebben gebracht."

De zinkende Christiaan Huygens · NIMH