Sterverslaggever Hollander ook vermoord
Sportjournalist Han Hollander blijkt de oorlog niet te hebben overleefd. De BBC meldt dat hij is vermoord in een concentratiekamp in Polen. Hij werd in juli 1943 met zijn vrouw vergast in Sobibór, zijn dochter was eerder al vermoord in Auschwitz.
Hollander schreef radiogeschiedenis door op 11 maart 1928 voor het eerst liveverslag te doen van een voetbalwedstrijd. Vanuit het Nederlandsch Sportpark in Amsterdam deed hij verslag van de interland Nederland-België, die in een tamme 1-1 eindigde.
AVRO-oprichter Vogt had hem voor de klus gevraagd omdat Hollander in hun diensttijd zo levendig over sport had gepraat. Hollander was daarna op de sportredactie van De Telegraaf terechtgekomen. Hij had als midvoor voor zijn club in Deventer ook nog de naam Go Ahead bedacht toen de KNVB de naam Be Quick afwees omdat er daar al zoveel van waren.
Zuidpoolblizzard
Hollander deed die middag tijdens een "zuidpoolblizzard met stuifsneeuw" verslag vanuit een houten hokje boven op de eretribune van het stadion. "We hadden het dak bereikt via een ladder op de vliering van de ambtswoning van de stadionopzichter Veen", herinnerde Vogt. "Mevrouw Veen vond dat maar zo-zo, want al dat geloop en gedraaf ging over haar smetteloze traploper."
Hollander was behoorlijk nerveus geweest voor de uitzending ("een van de ellendigste periodes van mijn leven"). Hij had om zich voor te bereiden voor het eerst een radio gekocht en uitzendingen uit het buitenland beluisterd. De Engelse aanpak vond hij maar niks.
"Die stem was te flegmatiek. De man zág de wedstrijd wel, maar beleefde hem niet! Ik wilde climax in de stem horen en die kwam niet", analyseerde hij. "Een eerste vereiste voor de verslaggeving was natuurlijk de nodige speelkennis, maar ook een zekere flux de paroles mocht niet ontbreken."
BN'er
Hollanders stijl werd gewaardeerd, bleek uit de publiekspost die binnenkwam. Daar zaten twee aanbiedingen van horlogemakers tussen, omdat Hollander de zijne live in de uitzending beschadigd had. "Hemel, daar valt mijn horloge", hoorden luisteraars toen Hollander in het krappe radiohutje naar voren boog om de wedstrijd te volgen.
Dankzij de geslaagde proefuitzending werd voetbal een van de publiekstrekkers op het nieuwe medium. De KNVB vreesde aanvankelijk zelfs dat het publiek liever thuis de radio zou aanzetten dan een kaartje kopen, maar moest toegeven dat de sprankelende verslagen van Hollander juist tot meer leden leidde.
Hollander relativeerde dat was: "Had ons elftal die wedstrijd verloren, ik ben er stellig van overtuigd dat de eerste uitzending niet zo was ingeslagen."
Hij keek, en wij zagen.
Hollander werd een begrip, een BN'er, hoewel (of misschien juist wel omdat) er soms gezegd werd dat hij een saaie wedstrijd spannender liet klinken dan die daadwerkelijk was. "Een man die in staat bleek om mensen die nog nimmer een voetbal gezien hadden in extase te brengen aan de luidspreker", schrijven de kranten nu. "Hij keek, en wij zagen."
Zijn status hielp hem echter niet toen de Duitsers kwamen. Nog geen twee weken na de inval ontsloeg Vogt hem en andere Joodse medewerkers, hoewel de bezetter daar nog helemaal niet om gevraagd had. Ondanks die tegenslag dook Hollander niet onder: hij had immers ook nog een door Hitler persoonlijk gesigneerde oorkonde waarin zijn verslaggeving bij de Olympische Spelen van 1936 geroemd werd.
Hollander liep jammer genoeg wel wat met de borst vooruit.
In Westerbork bleef die illusie van onaantastbaarheid in stand. Hij had er een uitzonderingspositie, met een luxe baantje als administrateur in buitenkamp Hooghalen, een eigen kamer met stromend water en een kacheltje en zelfs een pasje om het kamp uit te mogen.
"Hollander liep jammer genoeg wel wat met de borst vooruit", schreef journalist Philip Mechanicus in het kamp. "Trots op zijn uitverkorenheid."
Het werd hem fataal toen zijn vrouw zich op een dag liet ontvallen: "Er komt nog wel een andere tijd. Wij zullen jullie rotmoffen dan wel krijgen." Mechanicus: " Zo denken hier vele andere Hollanders, maar ze zeggen het niet. De Obersturmführer vond dat de huisvrouw van Hollander iets te ver was gegaan. Hij liet ze beiden opsluiten en hen op transport zetten. Aldus eindigt de meest briljante carrière van een Jood hier."
Hollander en zijn vrouw verdwenen naar Sobibór. Alle 2417 mannen, vrouwen en kinderen werden daar op de dag van aankomst vermoord.