Wolverhampton, Normandië, Den Haag: Irenebrigade uitgemarcheerd
Aanvankelijk vonden prins Bernhard en prinses Juliana het niet eens goed dat een brigade de naam van hun dochter Irene kreeg. Maar het kwam allemaal goed: de Prinses Irene Brigade deed mee aan de bevrijding van Europa en is vanmorgen in Den Haag officieel ontbonden.
Als bekroning van een bijzondere veldtocht door een bijzondere brigade hechtte de prins zelf tijdens een plechtige bijeenkomst de Militaire Willems-Orde der 4e klasse aan het vaandel.
'Rommelzooitje'
Amerika, Zuid-Afrika, Canada, Suriname. Uit alle hoeken van de wereld verzamelden Nederlandse mannen zich al in de zomer van 1940 in Engeland. Boeren, zakenmensen, juristen, zelfs een hoogleraar, vaak ook zonder enige militaire opleiding, gemiddeld ruim boven de dertig jaar.
Dat leek aanvankelijk geen goede basis voor een serieuze gevechtseenheid. De veelal redelijk tot goed opgeleide vrijwilligers konden slecht tegen de strenge hiërarchie en de gebrekkige omstandigheden. "We dronken vooral veel bier. We zaten in oude fabrieken, het was een rommelzooitje", zegt Ben ter Haar, die zich al in de meidagen in Engeland meldde om dienst te doen. "Engelse instructeurs waren er niet en wij hadden ze niet. Nederlanders kunnen niet eens exerceren."
Het zal u gegeven zijn eenmaal als zegevierende bevrijders de vaderlandse bodem te betreden.
Dat alles ontging dus ook prins Bernhard niet, bleek in maart 1941: "Mijn vrouw en ik kunnen niet goedkeuren dat de brigade de naam van onze dochter 'prinses Irene' krijgt, zolang de officieren die in de oorlogsdagen door hun defaitisme de achting van de troep hebben verloren, gehandhaafd blijven en zolang er een vrij groot aantal mensen maar rondhangt zonder welke dienst dan ook goed te zijn", liet de prins weten.
Het leidde meteen tot veranderingen: de oude officieren verdwenen en de kneuzen onder de manschappen kregen een bijrolletje. Op 27 augustus 1941 reikte koningin Wilhelmina het vaandel alsnog uit. "Vertrouwende op God, onze onbuigzame wil en de overwinning onzer bondgenootschappelijke wapenen zal het u gegeven zijn eenmaal als zegevierende bevrijders van Nederland met dit vaandel de vaderlandse bodem te betreden."
De mannen trainden inmiddels in Wolverhampton, met het modernste materiaal. "De oefeningen waren goed en de Engelsen hebben ons goed getraind, maar we hadden ook echt wel tijd voor ontspanning. Zelfs om te scharrelen, alleen deden we dat in Londen, niet in Wolverhampton, want dat waren fabrieksmeiden", zeggen Ton Herbrink en Ben ter Haar.
Voor de 1200 à 1500 man begint de strijd pas echt op 5 augustus 1944 (de verjaardag van prinses Irene), als ze worden ingezet in Normandië. Op het vaandel staan vandaag St. Come, Pont Audemer, Beringen, Tilburg en Hedel, plaatsen die ze hebben bevrijd. Hun opmars eindigde afgelopen 8 mei in Den Haag, waar ze als eerste geallieerde eenheid mochten binnenrijden.
"Bruingebrande sportieve knapen, sommigen nog vuil van het gevecht. De vehikels waren overvol met jeugdige meerijders. Meisjes op de knie bij de jongens. Opschriften op de wagens als 'Greetings from Toronto' en 'Via Boskoop naar Pretoria', schrijft A. Meijer in zijn dagboek.
Hij was erbij toen de stoet het centrum bereikte. "Een groots moment: de standaard van de brigade passeert het Paleis Noordeinde. Allen zingen het Wilhelmus, een muziekkorps geeft de toon aan. In de brigade zou men 26 talen spreken; er zijn diverse jongens die Holland nooit hebben gezien."
Het was het voorlaatste grote optreden van de brigade. Vandaag trokken ze nog een keer door Den Haag, voor een afscheidsdefilé, na de opheffingsbijeenkomst op de binnenplaats van de Clingendaelkazerne. Prins Bernhard maakte daar bekend dat de brigade niet helemaal verdwijnt.
"Gelukkig zullen de tradities, welke gij in de maanden van strijd op het continent hebt verworven, niet verloren gaan. Uit de brigade zal onder meer gevormd worden de kern van het Regiment Prinses Irene, een regiment dat om uw vaandel zal worden gevormd en op uw traditie zal voortbouwen."
En daarna mochten ze nog één keer de stad door, van het station Hollands Spoor naar het Lange Voorhout. Een enorme stoet, met gemotoriseerde troepen, seiners, brenguncarriers, anti-tankgeschut, de artillerie, en allemaal met dat geborduurde oranje leeuwtje met eronder de naam van het prinsesje op hun arm.
"Dit kranige voorbijmarcheren, deze discipline bij de troep en die zelfbewustheid bij de manschappen hebben het hart sneller doen kloppen", schrijft dagblad Het Binnenhof. "De geest van die eenvoudige fiere leus 'Je Maintiendrai' (ik zal handhaven), die in gouden letters op het vaandel is geborduurd, zal in het nieuwe leger gehandhaafd blijven."