De familie Steinbach · -

'De muziek is voor altijd verstomd': Sinti en Roma keren niet terug

Een foto van 4 februari 1935. Uit heel Limburg zijn de leden van de familie Steinbach naar Brunssum gekomen voor de begrafenis van hun moeder, grootmoeder of overgrootmoeder. "Alte Mutter Steinbach" stond aan het hoofd van de grote Sint-familie die sinds het midden van de 19de eeuw door Zuid-Nederland trok.

Aan hun reizende bestaan lijkt nu voor eeuwig een einde te zijn gekomen. Bijna alle mensen op deze foto zijn door de Duitsers weggevoerd om nooit meer terug te keren.

Kleinzoon Moeselman, Heinrich Steinbach zoals hij officieel heet, is een van de weinigen die de oorlog heeft overleefd. Maar zijn gezin is verdwenen.

Het gezin van Moeselman

Voor de oorlog verdient Moeselman de kost als klusjesman en violist. Samen met zijn vrouw Toetela krijgt hij tien kinderen. Op de foto houdt Toetela baby Settela vast, hun zevende kind. Zij is op 23 december 1934 geboren onder een woonwagen op kamp 't Hitje bij Buchten.

Het gezin is bekend in het zuiden. Ze leven van klussen en wat mensen hun geven. "Regelmatig kwamen de kinderen om water vragen", vertellen de buurtbewoners. "Op zomeravonden hoorden we de mooie vioolmuziek".

Rondtrekverbod

Zomer 1943 is het op last van de Duitse bezetter afgelopen met het reizende bestaan. Woonwagenbewoners, Roma en Sinti moeten zich vestigen in een aantal aangewezen kampen. Het gezin Steinbach komt in woonwagenkamp de Zwaaikom bij Eindhoven terecht.

Op dinsdagmorgen 16 mei 1944 wordt de familie in alle vroegte opgeschrikt. De Duitsers hebben een grootschalige razzia op verschillende plekken in het land gelast. 565 mensen worden opgepakt en afgevoerd naar kamp Westerbork.

Ook moeder Toetela en negen van haar kinderen moeten mee. Vader Moeselman kan zijn gezin niet beschermen. Een week eerder is hij samen met zeven Sinti-mannen opgepakt en vastgezet in kamp Amersfoort.

Bij aankomst in Westerbork blijken de Nederlandse ordediensten te ijverig geweest. Ze hebben het criterium 'zigeuner' te ruim opgevat. 279 'woonwagenbewoners' worden vrijgelaten. Ook 50 houders van een buitenlands paspoort mogen vertrekken.

Niet het gezin Steinbach. Alle vrouwen en kinderen worden kaalgeschoren en ontluisd. Omdat de 10-jarige Setella zich schaamt voor haar kale hoofd, maakt moeder Toetela een hoofddoekje voor haar van een stuk laken.

Drie dagen later gaan ze op transport. 446 Joden worden in de trein gedreven en in de achterste wagons 245 Sinti en Roma. Op het perron maakt de gevangen filmmaker Breslauer opnames van het vertrek van het transport, in opdracht van kampcommandant Gemmeker.

Setella staat in de deuropening van een wagon. "Settela, ga bij die deur weg, straks komt je kop er nog tussen", roept moeder Toetela haar dochter toe. De trein vertrekt, richting het oosten.

Settela Steinbach · Publiek Domein

Een week later komt vader Moeselman in Westerbork terecht. Daar hoort hij dat zijn hele gezin is weggevoerd. De Sinti-mannen gaan niet op transport. Ze worden naar Eindhoven gestuurd waar ze te werk worden gesteld bij Phillips. Onwetend van het lot van hun familie.

Op 21 mei bereikt de trein zijn bestemming: kamp Auschwitz-Birkenau. Bij aankomt wordt het gezin gescheiden. De oudste vier kinderen worden naar andere kampen gestuurd, om te werken.

Moeder Toetela komt met haar vijf jongste kinderen terecht op de speciale zigeunerafdeling. Twee maanden blijven ze in leven. In de nacht van 31 juli op 1 augustus 1944 worden bijna alle Sinti en Roma vermoord. Ook moeder Toetela en haar kleintjes sterven in de gaskamer.

Vrij maar niet bevrijd

In september 1944 wordt Eindhoven bevrijd, maar zo voelt het niet voor Moeselman. Hij leeft in onzekerheid over het lot van zijn geliefden. Hij doet er alles aan om zijn vrouw, kinderen en al die andere verdwenen familieleden te vinden. Zijn bangste vermoedens worden langzaamaan bevestigd.

Van het transport van 19 mei overleven maar 31 Sinti en Roma. Moeselmans vrouw en kinderen zijn daar niet bij. In de archieven van Auschwitz staan zijn kinderen gerangschikt onder de doden. Willem 'Messelo' Steinbach, 5 jaar oud, nummer Z10017. Anna Maria 'Settela' Steinbach, nummer Z 10768, 10 jaar oud. De 7-jarige Florentine Maria oftewel Sonja, zigeuner/politiek gevangene staat er achter haar naam.

Elmo (1925), Elisabeth (1926), Willy, (1929) en Johanna Cornelia (1930) zijn aan ziekte en ontberingen in andere kampen bezweken.

Zijn oudste dochter Moekela blijkt al in april 1944 in de gaskamer gestorven, samen met haar acht maanden oude dochtertje Jeanette.

Moeselman blijft alleen achter, een gebroken man.

"Op het erf speelde het zigeunerorkest van de familie Steinbach, net zo lang tot ze eten kregen", herinnert boerenzoon Eugène Stassen uit Schimmert zich. De muziek is nu voor altijd verstomd. "We zijn er kapot van, dat in een beschaafde wereld zoiets kan gebeuren. Zeer triest."