Scheren · Museon

Van schoolplaten naar kamptekeningen

Talloze kinderen leerde hij met zijn schoolplaten de wereld kennen. De landelijke veenkoloniën. De indrukwekkende haven van IJmuiden. Het exotische Batavia. Zelfs in gevangenschap bleef Johan Gabriëlse tekenen: tot het laatst deed hij verslag van het kampbestaan.

De Zeeuwse schilder, illustrator en lithograaf (1881) was een gevierd kunstenaar. "Gabrielse is in zijn kunst een aristocraat en dikwijls ook een salonjonker. In zijn portretten kan hij soms verassen door zijn sterke kijk die hij op mensen heeft", oordeelde het Algemeen Handelsblad nog voor de oorlog over hem.

Niet alleen kunstliefhebbers kennen zijn oeuvre. De afgelopen decennia leerden ontelbaar veel mensen zijn werk in de schoolbanken kennen. Vanaf de vroege jaren '20 werkte hij voor de firma Wolters, uitgever van schoolwerk. Naast de schoolplaten die hij tekende, illustreerde hij ook schoolboeken zoals Nederland en Europa in woord en beeld voor het vak aardrijkskunde.

Naar Indië

Het educatieve werk beviel hem goed. Het bracht hem op veel plekken, zo ook in Nederlands-Indië. Hij werkte mee aan Nieuw Taalonderwijs in Nederlandsch-Indie en Van kindertaal tot moedertaal en de platenserie Insulinde in woord en beeld.

Het werk zou hem uiteindelijk fataal worden. Met zijn vrouw Njonja vertrok Gabrielse in 1938 voor een tweede keer naar de Oost voor een nieuwe serie afbeeldingen van het leven in de kolonie. Toen de oorlog uit brak werd terugkeer naar Europa onmogelijk.

Gabrielse werd net als andere Nederlanders opgesloten in een van de vele interneringskampen. Hij kwam terecht in kamp St. Louis in Ambarawa op Java, een kamp voor mannen en jongens. Zo goed en zo kwaad als het ging, bleef hij hier zijn vak uitoefenen. Hij gaf tekenles en schetste het dagelijks leven van de gevangenen.

Ook van de altijd aanwezige dood in het kamp getuigde hij op papier. Een paar jonge jongens dragen de kist van een man die overleden is aan malaria het kamp uit. Zijn kampgenoten bewijzen hem de laatste eer. Met een pet in de hand vormen zij een soort erehaag.

Louk Woortman, een van de geïnterneerde jongens in het kamp, vertelt dat het ook tot de taken van de jongensbarakken hoorde om erewacht te staan als overleden kampgenoten het kamp uitgedragen worden. "Bij die gelegenheid worden in het Hollands commando's gegeven. GEEEEEEEEFT ACHT! Sjok sjok sjok sjok .PLAATS RUST! En als de poort weer dicht is: INGERUKT! Om er een kwartiertje later weer te staan."

De begrafenis · Museon

Deze begrafenisceremonie tekende Johan Gabrielse een paar maanden geleden, niet wetende dat ook hij door zijn kameraden naar de poort zou worden gedragen. De beroerde leefomstandigheden zijn hem nu fataal geworden. Uitgeput is de 63-jarige kunstenaar aan buikvliesontsteking gestorven.

De kamparts heeft Njonja in een ander kamp bericht over zijn dood. Zijn kampgenoten proberen zijn werk voor haar te bewaren.