Vluchtende NSB'ers op Dolle Dinsdag · Verzetsmuseum Amsterdam

Mussert haalt NSB-gezinnen terug uit Duitsland

Vijf maanden nadat ze naar Duitsland waren gevlucht, mogen NSB-gezinnen binnenkort terug naar ons land. Partijleider Anton Mussert heeft dat toegezegd bij een bezoek aan een vluchtelingenkamp. Het nieuws werd gejuich ontvangen.

Op Dolle Dinsdag sloegen zo'n 65.000 vrouwen en kinderen op de vlucht uit angst voor bijltjesdag. Via kamp Westerbork kwamen ze in Duitsland terecht. Ongeveer de helft werd ondergebracht in de omgeving van Lüneburg.

De omstandigheden waren er primitief: er moest worden geslapen op stro, de privacy was nihil, het sanitair was er beperkt. Ontberingen en ziekte werden tientallen personen fataal, vooral ouderen en zuigelingen.

Verloren

Het eten was eentonig: meestal brood en soep. "Vooral het eeuwige gesoep wordt door de Nederlanders al gauw snerterig gevonden", stelt een NBS'er. "De mensen zouden graag eens stamppot hebben, maar gebrek aan aardappelen laat dit helaas niet toe", klaagt een ander.

Veel vluchtelingen voelen zich verloren: gesprekken met Duitsers verlopen moeizaam doordat velen de taal niet spreken, contact met het thuisfront is onmogelijk. Sommigen hebben werk gekregen op de boerderij, als fabrieksarbeider of in huishoudens, maar anderen hangen slechts somber rond.

Plekken nodig

Omdat al snel na aankomst in Duitsland duidelijk was geworden dat de bevrijding nog lang zou duren, wilden veel weer terug naar Nederland. Door de treinstaking en oorlogsdreiging bleek dat onmogelijk.

Nu willen de Duitsers wel meewerken aan repatriëring, meldde Mussert. De kampen zijn nodig voor Duitse vluchtelingen die uit het oosten van het land wegtrekken uit angst voor het Rode Leger. Volgens Mussert zullen de gezinnen binnen twee maanden richting het noorden van ons land vertrekken.