De wraak van de Duitsers tegen de aanslagen door het verzet gisteren in Amsterdam, is niet lang uitgebleven. Vijf verzetsmensen zijn vandaag geëxecuteerd voor de deur van het uitgebrande pand van de Spieghelschool aan Marnixstraat.

De executies komen een dag na de aanslag op negen Duitsgezinde medewerkers van het Gewestelijk Arbeidsbureau van de hoofdstad en de brandstichting op het registratiekantoor voor de arbeidsinzet. Het verzet pleegde de aanslagen om de Liese-Aktion te boycotten. De wervingsactie voor Nederlandse arbeidskrachten versterkt de Duitse positie en wordt daarom door het verzet bestreden.

De Duitse vergeldingsmaatregel viel te verwachten. Vijf gevangen verzetsmensen zijn uit het huis van bewaring op de Weteringsschans gehaald en op de plek van de aanslag, midden in het centrum van de stad, geëxecuteerd.

Todeskandidaten

De vijf stonden op de lijst van Todeskandidaten. Het zijn verzetsmensen die ter dood veroordeeld waren en in afwachting van hun straf vastzaten. Zij zijn nu het slachtoffer geworden van een nieuwe maatregel die de Duitsers in september invoerden: terroristen, zoals de Duitsers onze verzetsmensen noemen, mogen voortaan zonder vorm van proces worden doodgeschoten.

Zo willen de Duitsers het probleem van de overvolle gevangenissen oplossen en de rechtbanken ontlasten. De bezetter hoopt zo een voorbeeld te stellen: wie zich verzet, riskeert het leven van zijn mede-verzetsstrijder.

Het verzet laat zich echter niet afschrikken. Ondanks de hoge prijs die betaald is voor de aanslagen van gisteren, is men vastbesloten de inzet van Nederlandse arbeidskrachten in Duitsland te saboteren. De Duitsers gaan door met de Liese-Aktion en hebben de registratie inmiddels verplaatst naar de Emmaschool aan de Passeerdersgracht.