Nederland op cultureel rantsoen
Het doek is gevallen voor het culturele leven in Nederland. Bijna alle bioscopen, theaters en musea hebben de deuren moeten sluiten door de brandstofschaarste.
"Het Centraal Museum, het Museum van Nieuwe Religieuze Kunst en het Aartsbisschoppelijk Museum zijn tot nadere aankondiging voor het publiek gesloten", meldt de Utrechtse Courant. De tentoonstelling Utrechts Oude Stadsschoon in het Centraal Museum is een week eerder beëindigd dan de bedoeling was. De tentoonstellingsruimtes kunnen niet meer worden verwarmd.
Enkele musea houden hardnekkig vol, soms ten koste van de kunstwerken. De tentoonstelling van schilder Jan van de Ven in Eindhoven is, ondanks het gebrek aan elektriciteit, nog open voor het publiek. Sommige stukken hangen zo in de duisternis, dat bezoekers ze van de muur halen en naar het daglicht verplaatsen om ze te kunnen bekijken.
Een veranderd stadsbeeld
Ook Amsterdam is niet meer de bedrijvige, culturele stad die het tot voor kort nog was. "Amsterdam ademde, het was een levend wezen met een warm kloppend hart, dat belangstelling had voor alles en nog wat. Van het drijfsijsje tot een goede tentoonstelling of concert. Dat Amsterdam kennen wij niet meer", schrijft tijdschrift de Waag.
Net als in de rest van het land zijn ook in Amsterdam de bioscopen gesloten. Sommige theaters houden bij daglicht of in de schijnwerpers van auto's af en toe voorstellingen. Deze worden redelijk bezocht, maar de bezoekersaantallen zijn niet vergelijkbaar met die van een paar maanden geleden. Toen stonden de Amsterdammers soms 's ochtends al in de rij voor de bioscoop.
Verzet tegen de Kultuurkamer
Het filmaanbod in de bioscoop is sinds de komst van de bezetter overwegend Duits. Het Filmgilde, onderdeel van de Kultuurkamer, is verantwoordelijk voor de selectie van deze films. Franse, Engelse en Amerikaanse films zijn verboden. Vrijwel alle bioscopen zijn nu gesloten, maar tot voor kort waren ze onder de Nederlandse bevolking populair, ondanks de invloed van de Duitsers. De grote behoefte aan ontspanning overheerste.
In de bioscoop leek de Nederlander zich weinig aan te trekken van de invloed van de Kultuurkamer, in andere segmenten van de culturele sector is dit anders. In het bevrijde Eindhoven vindt vanaf volgende week een expositie plaats in de kunstzaal Bakers-Verhoeven. Hier worden uitsluitend kunstwerken vertoond die gemaakt zijn door kunstenaars die zich bewust niet hebben aangesloten bij de Kultuurkamer.
Nergens ziet men meer een 'Mein Kampf' in de etalages liggen.
Bij de Amsterdamse boekhandelaren worden politieke werken geschreven vanuit nationaal-socialistische overtuiging, uit de etalages gehaald. Er is alleen nog plek voor titels en omslagen die niets te maken hebben met de bezetting van de Duitsers.
"Nergens ziet men meer een Mein Kampf in de etalages liggen. De politieke werken zijn opgeborgen tot nader order en iedereen probeert zoveel mogelijk te doen alsof zij ze nooit verkocht hebben", aldus de Waag.
Rantsoeneren
De krant de Toekomst pleit voor organisatie in de kunstwereld, juist in deze tijd: "Wij menen dat organisatie noodzakelijk is. Denk aan de materiaalvoorziening van beeldhouwers en schilders. Gemeenschappelijke aankoop en rechtvaardige verdeling in tijden van schaarste is eenvoudig onvermijdelijk."
Er is momenteel weinig cultureel amusement voorhanden, maar de afleiding is meer dan welkom. De Waag benadrukt hoe belangrijk de kunstsector in tijden als deze is: "Men hoeft geen psycholoog van professie te zijn om de voordelen van afleiding op dit ogenblik te kunnen waarderen."