Britse soldaten bevrijden Venray · NIMH

'Nat en angstaanjagend': Uitputtingsslag bij 'Bloedbeek'

"Het was koud, nat, ellendig en modderig. Het was angstaanjagend en luidruchtig. Maar het moest." Bijna moedeloos blikt de Britse korporaal John Lincoln terug op de uitputtingsslag die de geallieerden met tanks, artillerie en infanterie hebben gevoerd bij Venray, in hun opmars naar de Maas bij Venlo.

Venray is bevrijd, maar van een feestelijke intocht van de 'tommy's' was geen sprake. De verliezen aan Britse én Duitse zijde zijn aanzienlijk. Dagenlang speelden de zware gevechten zich af in de modderige weilanden rondom een moeilijk neembaar riviertje: de Loobeek.

'Met mijn gezicht in de modder luisterde ik naar de explosies'

Na de bevrijding van Overloon door de Britten, op 14 oktober, hadden de Duitsers hun verdedigingslinie teruggetrokken tot vlak bij Venray. De Loobeek diende daarbij als natuurlijke barrière.

Het riviertje is normaal gesproken een klein kabbelend stroompje, maar door de aanhoudende regen is de Loobeek nu zo'n zes meter breed geworden. Bovendien zijn de bruggen opgeblazen door de Duitsers.

Twee dagen geleden zetten de Britse troepen van diverse kanten de aanval in op Venray. Behalve met de opgeblazen bruggen kregen ze ook te maken met mijnen die de Duitsers hadden gelegd in de weilanden, op de oevers en op de bodem van de beek.

· NOS

De Britten hadden de grootste moeite om in het modderige terrein noodbruggen aan te leggen om de tanks en infanterie te laten oversteken. Ook de speciale vlegeltanks, die mijnen tot ontploffing kunnen brengen, weigerden vaak dienst in de modder.

In de hevige gevechten rond de Loobeek vielen honderden doden en gewonden en gingen veel tanks verloren. Het water van de beek kleurde rood van het bloed van de slachtoffers. Getuigen van de strijd spraken na afloop over de 'Bloedbeek'.

Toch slaagden de Britse troepen erin de Loobeek over te steken en op te rukken richting Venray. Bij hun opmars werd de infanterie ondersteund door een artilleriebarrage, net zoals in de strijd bij Overloon.

Britse militair houdt jonge Duitse sluipschutters aan in Venray · NIMH

De bewoners van Venray bivakkeerden intussen al dagenlang in schuilkelders. De psychiatrische instelling Sint-Servaas bood naast zo'n 1500 patiënten onderdak aan ruim 2000 vluchtelingen uit Venray en omgeving.

Volgens dokter Havermans, arts in Sint-Servaas, was de toestand in de schuilkelders ellendig. "Sommige vluchtelingen, waanzinnig van angst, drongen de reeds overvolle kelderruimten binnen. In de ene hoek stond men vol naastenliefde een deel van zijn eigen kleine plaatsje af, aan een andere kant ontstonden scheldpartijen en werd gevochten om een veilig plekje."

"De hygiënische toestand was erbarmelijk slecht. Ook de morele toestand werd bij sommigen niet beter. Huilend en biddend zodra het granaatvuur losbarstte, maar onzedelijke handelingen plegend, wanneer er even rust was aan het front. De mens degenereert snel door de oorlog."

Burgerdoden

Naar schatting hebben de gevechten rond Overloon en Venray aan zo'n 1900 geallieerde en 600 Duitse mannen het leven gekost. In Venray zijn naar schatting 240 burgers omgekomen door de bombardementen en beschietingen.

Voorlopig moeten de burgers in hun schuilplaats blijven, omdat de stad nog dichtbij de frontlinie ligt.