Webwinkels leveren meer banen op

De sterke opkomst van webwinkels levert veel nieuwe bedrijvigheid en banen op. Daardoor is in alle provincies de totale werkgelegenheid in de detailhandel gestegen. Dat concludeert het economische bureau van ING.

De detailhandel is goed voor 1 op de 10 banen in Nederland. De werkgelegenheid in de sector steeg landelijk met 5 procent tussen 2007 en 2013. Het aantal banen bij webwinkels nam in die periode toe van ruim 14.000 tot ruim 35.500. De meeste e-commerce banen, bijna 7000, zitten in Noord-Holland.

Door ruimere openingstijden van winkels en de groei van webwinkels zijn meer mensen nodig. Daarentegen werken winkelmedewerkers gemiddeld iets minder lang, waardoor meer mensen ingezet worden om dezelfde hoeveelheid werk te doen.

Regionale verschillen

De stijging is in sommige provincies veel groter geweest dan in andere. In Friesland verviervoudigde het aantal banen bij webwinkels. In Gelderland, Utrecht en Noord-Holland was sprake van een ruime verdriedubbeling.

In grote provincies, zoals Brabant, worden de meeste nieuwe webshops gestart. Dit komt doordat in deze provincies de meeste potentiële ondernemers wonen.

De keerzijde van het online shoppen is dat de behoefte aan nieuwe fysieke winkels afneemt en de leegstand stijgt. Vooral in Oost-Groningen, Zuidwest-Overijssel en IJmond staat bijna 14 procent van de winkelruimte leeg.

Starters en stoppers

Het grootste aantal starters zijn in de detailhandel te vinden. In 2013 begonnen ruim 14.000 ondernemers een winkel. Tweederde zijn webshops, gevolgd door non-food zaken, zoals kleding- en kapperszaken.

De moeilijke marktomstandigheden en de zware concurrentie zorgen er echter ook voor dat veel ondernemers weer stoppen. Vorig jaar waren dat er bijna 22.000. Daarvan hield bijna eenderde het al na een jaar het voor gezien.