Toch onderzoek naar treinkaping

Het ministerie van Justitie gaat ''nader archiefonderzoek" doen naar de gewelddadige beëindiging van de Molukse treinkaping bij De Punt in 1977. Dat staat in een brief van minister Opstelten aan de Tweede Kamer. SP en PvdA hadden vragen gesteld.

Waar nodig worden ook deskundigen geraadpleegd, zoals historici en juristen. Daarnaast gaat het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) de autopsierapporten bestuderen die destijds zijn opgesteld. Verder worden drie externe deskundigen geraadpleegd: een rechter, een oud-militair en een wetenschapper. De uitkomsten van het onderzoek worden voor de zomer verwacht.

Kogelregen

Eind vorige maand kwam naar buiten dat bij de bevrijdingsactie de zes Molukse treinkapers door in totaal 144 kogels zijn geraakt. Dat bleek uit geheime documenten waarover de Volkskrant publiceerde. Officieel is altijd ontkend dat op de kapers is geschoten met als doel hen te doden.

Toenmalig minister Van Agt (Justitie) zei in de Tweede Kamer dat de kapers niet waren getroffen "door een regen van kogels". Onlangs verwees minister Opstelten nog naar deze woorden van Van Agt.

Eigen staat

Over de kogelregen schreef de latere minister Hirsch Ballin in 1978 als ambtenaar van het ministerie van Justitie een rapport. De nota werd niet openbaar gemaakt.

Op 11 juni 1977 kwam er na twintig dagen een einde aan de treinkaping in Drenthe. Bij de militaire actie kwamen zes kapers en twee gijzelaars om het leven. De kaping was het werk van Molukse jongeren die een eigen staat eisten.