"Op de fiets ruik ik Utrecht"

"The proof is in the pudding, zeggen ze in goed Amstelveens of goed Utrechts. Dat moet u maar zelf beoordelen." Aldus Jan van Zanen (52), toekomstig burgemeester van Utrecht. Hij is voorgedragen als opvolger van Aleid Wolfsen. Vier vragen aan Jan van Zanen.

- U had hier in Amstelveen een dienstauto. Daarvan hebt u gezegd, die hoef ik eigenlijk niet meer. Veel mensen hebben u hier in Amstelveen op de fiets zien rijden. Gaan ze dat in Utrecht ook zien? De dienstauto er uit?

"Dat weet ik nog niet. Mijn stelregel is: het moet functioneel zijn. Dus soms met de auto. Soms met het openbaar vervoer. Het meeste doe ik op de fiets. Maar dat moet technisch wel kunnen. Waarom doe ik dat het liefst op de fiets? Op de fiets hebben mensen eerder de neiging om je aan te houden en aan te spreken. En op de fiets ruik je ook meer, en zie je zelfs meer."

- Ze kennen u al een beetje in Utrecht. U was er raadslid, wethouder. Een echte VVD'er, zeggen ze over u. Maar de stad heeft wel iemand nodig die boven de partijen de staat?

"Maakt u zich daar geen zorgen over. Ik geef iedereen het volle pond. Op dinsdag in het college en de andere dagen aan de bewoners, bedrijven en instellingen, en aan de raad. Ik heb als stelregel één: je bent de burgemeester van alle inwoners. Daar werk ik voor. Dat doe ik voor en achter de schermen. Daar kunnen de Utrechters echt op rekenen."

- U bent een vriendelijk mens, horen we van alle kanten. Bent u ook doortastend genoeg om Utrecht nog beter op de kaart te zetten?

"Daar ga ik van uit. Dat heb ik in het verleden bewezen, in het Utrechtse maar ook in het Amstelveense. En verder ga ik aan de slag. Dat moet ik laten zien. Dus komt u over een half jaar nog eens terug."

- Wat is uw belangrijkste ambitie voor de stad?

"De belangrijkste ambitie is de veiligheid van de stad. En de bewoners leren kennen. Gewoon werken aan de kracht van Utrecht en de Utrechters de positie geven die zij willen. Dat is in het centrum van het land met heel veel hart de mensen verwelkomen. De rest hoort u in de nieuwjaarstoespraak."